Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl


Verschenen in Vrije Geluiden no. 5, 15 april 2000

De extra dimensies van Michel van der Aa


Tot september vorig jaar nam Michel van der Aa alleen in het telefoonboek een vooraanstaande plaats in. De Gaudeamusprijs bracht daar verandering in. de componist beschouwt elektronisch geluid als een 'extra instrument'. Zijn werk overstijgt meer dan eens het hoorbare: `Ik merk dat ik steeds visueler begin te worden.'

Middenin het stuk Span, juist als de instrumenten op weg zijn naar een climax, blijft de cd-speler hangen en klinkt een mootje muziek steeds opnieuw. Althans, dat lijkt zo. Want even later gaat het stuk vanzelf weer verder. Het hangen hoort erbij. Maar is dit nu een ensemblestuk of een elektronische compositie? Voor Michel van der Aa, de componist, was het meer een soort noodgreep: 'Het stuk had een belangrijke visuele laag, want het was geschreven voor een live-optreden bij Han Reiziger. Nou gaat er bij dat programma altijd van alles fout, en dat was ook het gegeven van het stuk. Het zat bijvoorbeeld vol met allerlei flash-forwards en flash-backs. Het was een spel met de tijd. En op dat ene moment bevroor het beeld en bleef de muziek tien seconden hangen op een kale klarinettoon. Zoiets kun je niet op een cd zetten, dat werkt niet. Vandaar dat ik het heb bewerkt. Overigens ben ik niet zo tevreden over de noten van het stuk. Het wordt ook niet uitgegeven en ik wil niet dat het nog wordt uitgevoerd. Het ging me echt om de combinatie met het visuele, dat was een nieuwe mogelijkheid en die wilde ik gewoon gebruiken.'

Tot september vorig jaar nam Michel van der Aa alleen in het telefoonboek een vooraanstaande positie in. Maar toen deed hij iets wat nog nooit een Nederlander gelukt was. Met zijn stuk Between won hij de prestigieuze Gaudeamusprijs, en was in één klap een jonge componist die in de schijnwerpers stond.

'In Nederland kende men mij nog niet echt', zegt hij. 'Dat komt doordat ik veel in het buitenland heb gedaan. Die prijs was echt een enorme verrassing, ook omdat het een stuk voor slagwerk en tape is. Meestal gaat de prijs naar een ensemblestuk.'

Zonder die bekroning was Van der Aa er ook wel gekomen. Zo heeft hij op uitnodiging van zijn voormalige leraar Louis Andriessen de elektronische inserts voor diens opera Writing to Vermeer gecomponeerd. En ook de uitvoering van zijn Attach door het Schönberg Ensemble, die op 19 april op Radio 4 wordt uitgezonden, was al afgesproken voor hij de prijs behaalde.

Van der Aa woont in het dorp met de hoogste componistendichtheid van Nederland, de Amsterdamse Nieuwmarktbuurt. Op de dag van ons gesprek is hij net twee dagen terug uit Adelaide, waar hij de Australische uitvoeringen van Vermeer heeft bijgewoond. De dag ervoor was zijn verjaardag: 'Ik sprak gisteren met Louis Andriessen, en die zei: "O, dus je bent nu dertig. Dan kun je nog nèt een paar dingen doen voor ze je afvoeren."'

Niet dat Van der Aa die dertig jaar heeft stilgezeten. Als jongetje zong hij in kinderoperettes, als tiener speelde hij gitaar in bandjes, en daarna volgde hij de opleiding muziekregistratie aan het Koninklijk Conservatorium. 'Tegen de tijd dat ik die afgerond had kwam ik erachter dat dat toch niet was wat ik de rest van mijn leven wilde doen,' zegt hij nu. 'Dus toen ben ik compositie gaan studeren. Eerst bij Diderik Wagenaar en Gilius van Bergeijk, en later bij Louis Andriessen. Met Gilius heb ik heel wat onenigheid gehad. Ik had natuurlijk al een hele studie achter de rug en was behoorlijk eigenwijs. Maar het goede aan hem is dat hij echt vraagt: "Waarom doe je dat?" Hij leert je je eigen muziek te verdedigen, en daardoor na te denken over wat je opschrijft. En dat is heel belangrijk, vooral voor jonge componisten.'

De muziek van Van der Aa lijkt niet op die van zijn leermeesters. Zijn composities zijn op het eerste gehoor lichtvoetig en speels, maar tegelijkertijd economisch en doortimmerd. 'Ik maak veel tekeningen voor ik begin met componeren,' vertelt hij. 'Ik wil eerst weten hoe de vorm van het stuk is, en hoe het zich verhoudt in de tijd. Soms heb ik al ideeën voor bepaalde momenten, en die beschrijf ik dan voor mezelf. Pas als het skelet helemaal af is begin ik met de noten.'

Veel van zijn stukken, zoals het bekroonde Between, zijn geschreven voor de combinatie van instrumenten en tape. Toch wil Van der Aa absoluut niet getypeerd worden als een componist van elektronische muziek. Hij beschouwt de tape als een 'extra instrument'. Zo gebruikt hij het ook. De geluiden die hij gebruikt zijn vrijwel altijd afkomstig van de instrumenten zelf. Zo heeft hij voor Attach akkoorden opgenomen, waarvan hij vervolgens de boventoonspectra heeft bewerkt. Daarmee bereikt hij dat er in het stuk een vreemd elektronisch aura achter de harmonieën aan zweeft.

Het is nog niet zo lang geleden dat elektronische muziek alleen in speciaal ingerichte studio's kon worden gemaakt. Maar Van der Aa is een kind van deze tijd. Hij heeft genoeg aan een computer. 'Bij die studie muziekregistratie had ik natuurlijk een behoorlijke theoretische achtergrond opgedaan, en geleerd hoe muziek akoestisch werkt en wat je kunt doen om het anders te laten klinken. Dus dat lag voor de hand, dat werken met tape. Maar het is niet iets dat ik per se in elk stuk wil gaan gebruiken.'

Hij spreekt nog altijd van 'tape', al weet hij dat dat een anachronisme is. De elektronische component van zijn stukken staat gewoon op een zelfgebrande cd. Ook de partituur en de partijen komen uit de computer. Van der Aa kan het in feite stellen zonder de diensten van Donemus, de uitgeverij die al een halve eeuw de steun en toeverlaat is van Nederlandse componisten. 'Het is een heel spannende tijd, want er worden nu allemaal technieken ontwikkeld voor het downloaden van geluid. Dan kun je dus muziek van internet halen en die op je eigen computer burnen. Dat is voor popmusici natuurlijk niet erg interessant, maar voor componisten wel. Die hebben immers geen grote afzet.'

Attach is het sluitstuk van een drieluik dat verder bestaat uit Between en het nog uit te voeren Above. In het slagwerkstuk Between spelen timbre en ritme de hoofdrol. Van der Aa gebruikt niet meer dan vijf verschillende toonhoogtes. Above en Attach zijn beide gebaseerd op tien vijfstemmige akkoorden. 'Die heb ik gewoon achter de piano gemaakt, puur op klank,' onthult de componist. 'In Attach gebruik ik ze heel blokvormig, echt als harmonieën. Above is polyfoner, daarin heb ik er bepaalde ritmische figuurtjes mee gemaakt, maar je hoort ze nog steeds langskomen.'

Voor Van der Aa heeft het werken met 'tape' ook een theatrale dimensie: 'In Attach reageren de instrumenten ook op de tape, en andersom. Dat luistert echt heel nauwkeurig. Het starre, rigide karakter van zo'n tape tegenover de musici die daarmee in synch moeten komen, dat geeft veel spanning. Dat red je niet met een slagwerker die een knal geeft. Want dat zie je van tevoren aankomen.'

In zijn twee jaar geleden gecomponeerde stuk Wake maakt Van der Aa daar juist gebruik van. Het is geschreven voor twee slagwerkers, waarvan er één uitsluitend mimet. Met een slag in de lucht: 'Als je zó doet bij een trom hoor je dat toch, intern. Dat stuk was een onderzoek daarnaar. Ik merk dat ik steeds visueler begin te worden. Ik zou ook graag met een video, of met bewegingen van musici willen werken - als een extra instrument, net zoals de tape. Uiteindelijk lijkt het me ideaal om dat allemaal te kunnen gebruiken om je idee over te brengen en niet alleen maar te stoppen bij het hoorbare. Al zal ik ook wel netjes concertstukken blijven schrijven.'

Het Avondconcert. Woensdag 19 april, Radio 4, 21.30 uur. Muziek van Michel van der Aa, Guus Janssen en Pelle Gudmundsen-Holmgren door het Schönberg Ensemble o.l.v. Micha Hamel.
Meer informatie:
www.doubleA.net


© Frits van der Waa 2006