Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 14 maart 1986, Kunst, recensie

De Tijd sleept zich traag voort, maar De Snelheid flitst

Louis Andriessen: Mausoleum en De Snelheid door Louis Landuyt, Lieuwe Visser en het Nederlands Blazers Ensemble o.l.v. Lucas Vis - Composers' Voice 8601

"Ik zou het enorm toejuichen als Louis zijn wat chique bezwaar tegen het symfonieorkest eens zou opgeven," verzuchtte dirigent Hans Vonk onlangs in een interview met Muziek en Dans. Een chic bezwaar is het zeker, maar bij Louis Andriessen, nog steeds Nederlands toonaangevende componist, levert het dan ook wel chique muziek op.

Eens in de paar jaar, gewoonlijk in het Holland Festival, komt hij op de proppen met een nieuw grootschalig werk. Sinds De Staat uit 1976 waren dat Mausoleum, De Tijd, De Snelheid en De Stijl. Stukken met een zo ongebruikelijke bezetting dat een herhaling nogal eens op problemen stuit. Toch is dat mogelijk, ook voor gevestigde orkesten. Zo gaat De Staat komend voorjaar bij het New York Philharmonie, en zelfs het Concertgebouworkest, dat sinds 1965 geen noot meer van Andriessen gespeeld had en vorig jaar nog De Snelheid van het programma afvoerde, nam twee weken geleden revanche met een uitvoering van Mausoleum.

De Snelheid en Mausoleum zijn nu bij Donemus op de plaat verschenen. Beide stukken zijn live opgenomen tijdens de eerste uitvoeringen door het Nederlands Blazers Ensemble in uitgebreide bezetting, onder leiding van Lucas Vis.

Mausoleum, een in 1979 gecomponeerd eerbetoon aan de Russische anarchist Michail Bakoenin, is zelf allerminst anarchistisch, ondanks al het ontketende geweld. Een zeer beperkt gegeven (twee tonen) wordt ontwikkeld in grote blokken, die samen een muzikale architectuur vormen die even rigide en kolossaal is als de grafmonumenten waarnaar de titel verwijst, maar gelukkig heel wat esthetischer. Het is niet het meest toegankelijke stuk van Andriessen. Twee baritons boksen in een zeer Slavisch klinkende paarzang op tegen een groot ensemble, dat klinkt als een klok. Een grote batterij koperinstrumenten, veel metalen slagwerk en een cymbalon zijn bepalend voor de kleur, waarin duidelijk hoorbaar echo's van Stravinsky's Les Noces doorklinken.

Het stuk werd al eerder op de plaat gezet door het Residentie Orkest onder Hans Vonk in de tweede platendoos met 400 jaar Nederlandse Muziek. De nu verschenen live-registratie heeft meer spanning, stuwkracht en natuurlijkheid, maar op de vierkante centimeter gaat er zo veel mis, dat ik de voorkeur geef aan de heldere, precieze opname van het Haagse orkest.

Als flitsende tegenpool van het traag vloeiende stuk De Tijd schreef Andriessen in 1983 De Snelheid. Dat begrip becommentarieert hij door verschillende muzikale lagen over elkaar te leggen. Twee slagwerkers voorzien het geheel van een "objectieve" maatstaf door een gekmakend metronoomgeklop, dat van tijd tot tijd abrupt in een andere versnelling springt. Het is een voortdurend exploderende legpuzzel. waarvan de stukjes pas aan het eind op elkaar vallen. Een fascinerend muziekstuk. Dat De Snelheid nog beter gespeeld zou kunnen worden is nauwelijks denkbaar.


© Frits van der Waa 2006