Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 02-03-1998, Pagina 9, Kunst, onbekend

Nederlandse oude koormuziek verrijkt met mis van De Fesch

'Dit is geen braaf stuk', maant dirigent Jos van Veldhoven de zangers van het Utrechts Barok Consort. 'Het zegt juist: wat zitten jullie daar stilletjes, je moet het geloof belijden met zang en tamboerijnen'

En inderdaad, het vuur straalt ervanaf in Quid siletis van Servaas de Konink. Aangespoord door de zangers roffelen de strijkers als pauken en schateren uitbundig.

Het Nederlands muziekverleden herbergt menig klein meesterwerk, zo bleek zaterdag in de Rotterdamse Doelen, tijdens de studiedag Zangbodem. Zangbodem was gewijd aan Nederlandse koormuziek door de eeuwen heen. Geen kwade typering voor een land dat tienduizend koren telt - één op elke vijf vierkante kilometer.

Hoe vruchtbaar deze bodem ook mag zijn, met de oogst is lang niet altijd even zorgvuldig omgesprongen. Wat is er bijvoorbeeld geworden van de opera Violanta, de vrouw in 't geel van Abraham Dirk Loman jr, die een eeuw geleden met succes werd opgevoerd in de Amsterdamse Stadsschouwburg? Of van Brinio van Simon van Milligen, een opera die enkele jaren daarvoor de eer had om door George Bernard Shaw afgekraakt te worden, maar niettemin twee reeksen opvoeringen beleefde? Allebei foetsie.

'De archieven zijn behalve schatkamers ook verzegelde graftomben van het verleden', stelde musicoloog Emile Wennekes, die op zoek ging naar Nederlandse opera's uit de vorige eeuw.

Voor geduldige vorsers valt er nog veel te herontdekken. Zo staken Wil Dekker en Dick van Heuvel twee jaar geleden in de Toonkunstbibliotheek hun neus in een stapel losse partijen. De stapel was afkomstig uit de Amsterdamse Mozes en Aaronkerk, maar had dertig jaar op een zolder gelegen. Er bleek zowaar een Mis van Willem de Fesch tussen te zitten. De Fesch, geboren in Alkmaar en een generatiegenoot van Bach en Handel, geldt behalve als vioolvirtuoos als een van de belangrijkste Nederlandse componisten van zijn tijd. De laatste dertig jaar van zijn leven werkte hij in Engeland, waar hij vooral als componist van sonates en liederen succes had.

De teruggevonden Missa in G draagt de jaartallen 1727 en 1728 en stamt waarschijnlijk uit de tijd dat De Fesch kapelmeester van de Antwerpse kathedraal was. En nu, tijdens Zangbodem, komt het werk voor het eerst in tweeëneenhalve eeuw tot klinken, in een eersterangs-uitvoering door Van Veldhoven en zijn UBC.

Het is een sprankelend stuk, met een kleurrijke afwisseling van solo- en tuttipartijen. Maar men hield in Antwerpen kennelijk van korte metten: de drie delen, een Kyrie, een Gloria en een Credo, duren alles bij elkaar nog geen acht minuten, zodat hier nauwelijks van een grote vondst gesproken kan worden.


© Frits van der Waa 2006