Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 25-05-1998, Pagina 9, KUNST, recensie

Strijdbare Martland trakteert op trommelvuur

Steve Martland Band, met werk van Martland en Duddell. 21 mei, De IJsbreker, Amsterdam.

Zit er eigenlijk nog wel beweging in de Nederlandse eigentijdse-muziekbranche? Zeker, de twintigste-eeuwse muziek heeft zich een plaats verworven in het repertoire, maar laten we niet vergeten dat die muzieksoort binnen twee jaar geen aanspraak meer kan maken op de benaming eigentijds.

Deze voorstelling van zaken is ongetwijfeld gechargeerd, maar toch word je er soms met een schok aan herinnerd dat zoiets als 'strijdbaarheid' in ons muzikaal poldermodel tamelijk zeldzaam geworden is. Zo'n schok was het optreden van de Steve Martland Band, die door Nederland toerde en De IJsbreker aandeed.

Martland (39) heeft van Louis Andriessen geleerd hoe het moet. Hij steelt als de raven, maar pikt het zo in dat er iets volkomen eigens uit komt. Hij heeft gezien dat wie het muziekleven wil veranderen ook de muziek moet veranderen, en vice versa. Hij brengt dit met verve in praktijk, gesteund door een verbond van elf ijzervreters, dat het midden houdt tussen een popgroep, een big band en een traditioneel modern ensemble.

Wat Andriessen is voor Nederland en John Adams voor Amerika, dat is Martland voor Engeland. Zijn muziek is een typisch Britse variant van ge-ontminimaliseerd minimalisme. Repetitief, ja, dat is ze zeker, maar bij Martland is de herhaling zowel een bindmiddel voor de fantasie (analoog aan de harmonische kringloop van Purcells variaties over een ground) als een leverancier van stuwkracht (analoog aan de riff in Satisfaction van de Stones).

Ook exploiteert hij de in elkaar grijpende patronen van de hoketus-techniek tot op het bot, maar dan zodanig dat de hoge instrumenten 'inprikken' op de lege plekken in de baspatronen. Doordat hij dit opvullen van ritmische patronen veelal tot op het niveau van de zestiende noten voortzet, heeft de caleidoscopische opeenstapeling van complementaire patronen het effect van een enerverend trommelvuur.

Het lijkt wel of tweehonderd jaar componeren, van Mozart tot en met Stockhausen, (met uitzondering van Stravinsky) aan Martland voorbijgegaan is. Zijn harmonisch arsenaal is ondubbelzinnig tonaal, maar hij weet de vertrouwde akkoorden en intervallen op vernuftige wijze op te stapelen en zo een nieuwe inhoud te geven.

Overigens is Martland voor uitvoeringen niet uitsluitend van zijn eigen band afhankelijk. Zo zijn drie van de hier uitgevoerde stukken oorspronkelijk gecomponeerd voor het Maarten Altena Ensemble. In handen van deze voortdurend up-tempo spelende virtuozen kwamen ze in een volledig ander licht te staan, wat alleen maar aantoont dat sound niet bepalend is voor de identiteit van zijn muziek. Niettemin was de sound van de band, met zijn middenrif-klievende baritonsax, zijn fenomenale percussionisten en zijn elektrisch versterkte snaren, even verbluffend als het strakke samenspel en het uithoudingsvermogen van de muzikanten.


© Frits van der Waa 2006