Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 09-02-2004, Pagina 13, Kunst, Reportage

Hoe vibrato en swing te gebruiken

AMSTERDAM

Cellist Heinrich Schiff is vier dagen te gast in het Concertgebouw 'Have fun!', roept hij dwars door het spel heen

Tijdens optredens en een masterclass laat de omnivore musicus Heinrich Schiff een veelzijdig repertoire horen, dat reikt van Vivaldi en Bach tot Lutoslawski en Dallapiccola.

Cellist Heinrich Schiff legt in zijn masterclass meteen de vinger op de gevoelige plek. 'Wat betekent quasi improvisando?', vraagt hij aan Kate Harris, nadat ze een gedeelte uit Dvoráks Celloconcert heeft gespeeld. 'Alsof je improviseert', zegt ze schuchtertjes. Schiff: 'En doe je dat? Nee, helemaal niet!'

Vrijheid én controle, daar is het rasmusicus Schiff om begonnen; het zijn immers keerzijdes van één en dezelfde medaille. Gezeten achter zijn eigen cello kaatst hij noten terug naar de cursisten, die hem naar beste kunnen pareren. Dikwijls licht hij maar een enkele frase uit de partituur om iets duidelijk te maken over het gedoseerd gebruik van vibrato, over swing, retoriek, passie. 'Have fun!', roept hij dwars door het spel van deelnemer Eric de Wit heen.

Schiff – zijn gestalte doet denken aan een uitspraak van Dukas over Brahms: 'Veel baard en bier' – is vier dagen lang de gast van het Concertgebouw, waar hij volgens de beproefde formule van Een weekeind met... naar eigen inzicht een reeks programma's in de Kleine Zaal heeft mogen samenstellen. Zoals van de omnivore musicus te verwachten was, heeft hij een veelzijdige keus uit het repertoire gemaakt, die reikt van Vivaldi en Bach tot Lutoslawski en Dallapiccola. Even gevarieerd zijn de instrumentale combinaties: cello solo, celloduetten, cello met piano, met klavecimbel, of in trioverband. Als afronding van zijn mini-festival treedt Schiff vanavond nog op met pianist Alexander Lonquich, andermaal met een programma dat bijna twee eeuwen omspant.

Bij zijn eerste concert zijn pianist Stefan Vladar en klarinettiste Sharon Kam zijn muzikale metgezellen. Het drietal opent met Fünf Stücke die de Oostenrijker Friedrich Cerha in 2000 heeft gecomponeerd als cadeautje voor Schiffs vijftigste verjaardag. Cerha, die als componist vooral bekend is geworden door het voltooien van Bergs opera Lulu, heeft er een degelijk, symmetrisch opgebouwd stuk van gemaakt, in een met enige vrijheid gehanteerd twaalftoons-idioom. De rijke schakeringen van het werk worden in de twee snelle delen overschaduwd door de gretigheid waarmee Vladar in de toetsen grijpt. Schiffs furieuze loopjes gaan totaal onder in het pianogeweld. Maar in de langzame delen is vooral het samenspel tussen cello en klarinet van superieur niveau, in het bijzonder in de snijdende akkoorden waarbij Schiff met een volstrekt vibratoloze toon de klank van de klarinet benadert.

Voor de afwisseling wordt Benjamin Brittens Tweede suite voor cello solo uitgevoerd door Christian Poltéra, ooit een leerling van Schiff en nu een cellist die geheel op eigen benen kan staan, getuige zijn gelaagde vertolking van het werk, en de voorname klank die hij uit zijn Stradivarius haalt. Brahms' Trio in a, op. 114 heeft zangerige, prachtig op elkaar rijmende cello-en klarinetlijnen, en Kam en Schiff produceren een unisono dat klinkt alsof het uit één instrument komt. Ook Vladar laat verfijnd pianospel horen, maar slaat toch weer vaak te driftig op het fortissimo-aambeeld. Pas in de toegift, het Adagio uit Beethovens Trio op.11, houdt hij zich in, en blijft de harmonie ongebroken. Het zijn de vijf mooiste minuten van de avond.

Een weekeinde met Heinrich Schiff. Slotconcert vanavond in de Kleine zaal, Concertgebouw, Amsterdam.


© Frits van der Waa 2006