Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 29 augustus 2011

Gedurfd begin in te donkere zaal

Festival Oude Muziek, tot en met 4 september op diverse locaties in Utrecht. Radio 4: elke avond t/m 5 september.

'Stelt u zich voor dat u op een binnenplaats in Avignon zit en dat de zon nog moet opkomen.' Door dat ene zinnetje aan zijn openingsspeech toe te voegen had Xavier Vandamme, directeur van het Festival Oude Muziek, een boel opschudding kunnen voorkomen. Want het bleef vervolgens meer dan een halfuur bijna helemaal donker in de zaal, en ook vielen er ongewoon lange stiltes, zodat toehoorders luidkeels om licht begonnen te roepen en ten slotte wegliepen.

Hadden ze geweten dat Cesena, het project van dansgroep Rosas en de zangersgroep graindelavoix, een aangepaste versie was van een voorstelling in de buitenlucht die oorspronkelijk om halfvijf 's ochtends begon, dan hadden ze misschien wat meer geduld betracht.

Ja, het duurde te lang voordat alle minuscule tl-buisjes boven het podium waren aangefloept. Maar zonder die uiterst schoorvoetende aanloop was de geleidelijke ontketening die toen volgde beslist minder indringend geweest. En des te verwonderlijker was de vanzelfsprekendheid waarmee het vocabulaire van choreografe Anne Teresa de Keersmaeker aansluit op het even gedurfde idioom van de laat-14de-eeuwse muziek.

De schijnbaar grillige individuele acties die toch perfect gecoördineerde groepsbewegingen blijken, zijn een perfecte pendant van de na 1400 nog maar zelden vertoonde verstrengeling van gezongen lijnen die zich in verschillende tijdlagen lijken af te spelen en toch door een gezamenlijk muzikaal raamwerk worden gedirigeerd. Omdat zangers dansten en dansers zongen bereikten de spelers een fascinerende fusie tussen hun disciplines. Zo bleek Cesena een gedurfde, maar toch geslaagde greep.

Het festivalthema 'Rome' bestrijkt een periode van vele eeuwen. In Utrecht is het dan maar een kleine stap van de quatre-mainsmuziek van Muzio Clementi, een in Rome geboren tijdgenoot van Mozart, naar de isoritmische motetten van de Noordfranse Guillaume Dufay, die in de vijftiende eeuw aan het pauselijk hof werkte. Het Italiaanse gezelschap Cantica Symphonica leverde gloedvolle vertolkingen van Dufays muziek, die de esoterische compositietechnieken van zijn voorgangers wist te combineren met een nieuwe, door de tekst ingegeven expressiviteit. Het pregnante timbre van sopraan Alena Dantcheva mocht bij vlagen iets te dominant zijn, het deed niets af aan de kracht van deze al te sporadisch uitgevoerde muziek, die werd ondersteund door harp, vedel en orgel en gecomplementeerd met trombones vanaf het orgelbalkon.

De 16de-eeuwse componist Giovanni Pierluigi da Palestrina, die wel is bestempeld als redder van de polyfone kerkmuziek, neemt een bijzondere plaats in bij deze 30ste jaargang van het festival. De stijl van Palestrina werd letterlijk het schoolvoorbeeld voor vele latere generaties. Dat maakt toch dat ze niet al te verrassend klinkt. Bij het rond zijn werk gegroepeerde programma dat het Engelse koor The Sixteen in de Domkerk uitvoerde sprong althans de pracht en praal van de opulente vijf- en zesstemmigheid meer in het oor dan de muzikale verkenningsdrift.

Maar er zit de komende week nog meer Palestrina in het oude-muziekvat – om nog maar te zwijgen van Vivaldi, Corelli, Liszt en al die andere componisten die ooit hun heil in Rome gezocht hebben.


© Frits van der Waa 2011