Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 27 oktober 2017

Rusquartet heeft hoorbaar affiniteit met Tsjaikovski

Tsjaikovski: strijkkwartetten. Rusquartet. Etcetera

Het in 2011 opgerichte Rusquartet heeft de laatste jaren de weg weten te vinden naar Nederland en daarmee ook naar een Nederlands label. Hun eerste Etcetera-release is gewijd aan Tsjaikovski, die drie niet al te vaak gespeelde strijkkwartetten op zijn naam heeft. De cd bevat de eerste twee, plus een losstaand Adagio misterioso dat de componist op 25-jarige leeftijd schreef.

De vier musici hebben hoorbaar affiniteit met het werk van hun grote landgenoot. Het spel met ritmische ambiguïteiten houdt het oor in wankelpositie. De ondertoon is er een van verstilling, maar dat staat de draaikolk aan het eind van het tweede kwartet niet in de weg. Hun bereidheid om risico's te nemen vertaalt zich in uitvoeringen van een grote intensiteit, waarin je een paar precaire momenten voor lief neemt.

Hindemith en Schönberg. Trio Zimmermann. Bis.

Zelfs in zijn wilde jaren was Paul Hindemith eigenlijk al de cerebrale componist die later een Unterweisung im Tonsatz zou pennen. Het is te horen in zijn twee strijktrio's.

Vooral het eerste, uit 1924, bevat dwarse muziek, vol tegendraadse klanken, maar evengoed een academische, zij het behoorlijk nerveuze fuga. In rustige delen boeit het lijnenspel. In nummer twee, dat hij negen jaar later schreef, hoor je al meer bezonkenheid en neoclassicisme.

Het eminente Trio Zimmermann, bestaand uit Frank Peter Zimmermann, Antoine Tamestit en Christian Poltéra combineert Hindemiths werk met het strijktrio van Arnold Schönberg uit 1946, een laat werk dat zeker even tegendraads is, maar in zijn totale onvoorspelbaarheid aanmerkelijk minder cerebraal – en toch coherent – aandoet. Weldadige harmonieën staan tegenover gesmoorde klanken, spookachtige tremolo's en spichtige pizzicati. Betere pleitbezorgers dan dit drietal had Schönberg zich niet kunnen wensen.

The Silver Age: Rachmaninov, Tsjaikovski, Moesorgski. Ekaterina Levental. Quintone.

De in Oezbekistan geboren, maar al bijna een kwart eeuw in Nederland gevestigde sopraan Ekaterina Levental is een veelzijdig kunstenaar. Ze is ook harpist. De afgelopen jaren was ze vooral te zien in eigentijdse muziektheaterwerken, maar ze zingt ook barokmuziek. Haar jongste cd is gewijd aan de Russische liedkunst. (Het Zilveren tijdperk, zoals de cd heet, heeft betrekking op de artistieke opleving die de Russische cultuur aan het eind van de tsarentijd doormaakte.)

Levental heeft een krachtig stemgeluid, waarin duidelijk niet-westerse genen doorklinken. Ze doseert expressie en vibrato wonderwel. De keus uit de liederen van Rachmaninov en Tsjaikovski is heel representatief, met een Wiegenlied van de laatste als hoogtepunt van innigheid. Maar Moesorgski's Liederen en dansen van de dood is in alle opzichten het sterkste onderdeel van de cd.

Een minpunt is dat de opnametechniek de piano van begeleider Maurice Lammerts van Bueren vooraan in het klankbeeld heeft gepositioneerd, zodat die tussen de zangeres en de luisteraar in lijkt te staan.


© Frits van der Waa 2017