Verschenen in Oorsprong, jg. 2 nr. 4, november 2001
Centrum voor Elektronische Muziek
Laagdrempelig knutselen met klank
In het Amsterdamse Centrum voor Elektronische Muziek kan iedereen terecht.
Hometapers, beroepscomponisten en ook kinderen bevolken de CEM-studio. Frits van der Waa nam er een kijkje.
Een imposant gedruis komt de bezoekers van het Café Sonore
tegemoet wanneer ze de trap naar de bovenste verdieping van het
Veem-gebouw in Amsterdam beklimmen. Daar heeft iemand een fraaie
soundscape gecreëerd. Zoiets valt te verwachten op de
maandelijkse bijeenkomst waar gebruikers en gasten van de CEM-studio hun muzikale creaties presenteren.
Eenmaal boven blijkt evenwel dat de natuur het wint van de
techniek. Het klankschap wordt van hogerhand aangedreven: het is
het gekletter van de regen op het dak.
Het is niettemin een speciale avond, want het CEM (Centrum voor
Elektronische Muziek) heeft een aantal muzikanten uit de dance-muziek
uitgenodigd om zich te verdiepen in de specifieke
mogelijkheden van de studio. Crossroads heet het project, en de
resultaten zullen op vinylplaten worden uitgebracht, zodat er ook
mee gescratcht kan worden.
Voor een select gehoor brengen de componisten, die zich sieren
met namen als Ototax, Endorphins en dj good hun muzikale waren
tot klinken, die zich kenmerken door eigenzinnige, tot
hypnotiserende ritmes aaneengeregen klanken. Daarna spitst de
discussie zich toe op de pro's en contra's van digitale en
analoge klankopwekking grofweg gezegd de wereld van computers,
chips en bits versus die van draadjes, transistors en voltages.
De Café Sonore-bijeenkomst maakt in kort bestek duidelijk waarom
de CEM-studio een unieke plaats inneemt in het landschap van de
Nederlandse elektronische muziek. Niet alleen beschikt het CEM
over een bijzondere collectie analoge apparatuur, maar de studio
onderscheidt zich bovenal door zijn laagdrempeligheid. Er werken
gerenommeerde componisten, maar ook hometapers, huismoeders en
andere hobbyisten kunnen er terecht. Bovendien herbergt het CEM
ook de KinderKomponeerWerkplaats (KKW), waar speciale projecten
voor kinderen worden ontwikkeld.
De geschiedenis van het CEM gaat terug tot 1957, toen op
instigatie van de stichting Gaudeamus het Contactorgaan
Elektronische Muziek werd opgericht. In de begintijd was het
eerder een verzameling apparatuur dan een echte studio. Bij het
betreden van het huidige CEM-bureel zie je nog een paar
sinusgeneratoren uit die oertijd staan. 'Die waren eigenlijk
bedoeld om andere apparaten mee door te meten,' zegt CEM-hoofdman
Armeno Alberts. 'Maar je kon het geluid natuurlijk ook muzikaal
gebruiken.'
Het Contactorgaan werd een Centrum in 1978, toen de Duitse
componist Michael Fahres, die in Utrecht studeerde, de collectie
aantrof op het Utrechtse conservatorium. Fahres nam het
initiatief om er een echte studio van te maken, die bovendien
niet uitsluitend toegankelijk moest zijn voor degenen die
daarvoor doorgeleerd hadden. Er kwam een cursussenpakket, waaraan
iedereen, tegen een bescheiden bedrag, kon deelnemen. En dat is
nog steeds zo.
'Het leuke is,' zegt Alberts, 'dat het verschil tussen geschoold
en niet-geschoold nauwelijks een rol speelt als het gaat over het
creatief omgaan met elektronica.' Zelf raakte hij al vroeg bij
het CEM betrokken, aanvankelijk als vrijwilliger. 'Dat was een
bruisend gebeuren,' herinnert hij zich. 'In die tijd was er veel
animo om bij ons te komen werken, omdat de elektronische
apparatuur nog zo ontoegankelijk was voor mensen met een smalle
beurs. Per jaar hadden we gemiddeld zo'n 80 cursisten. Dat is
intussen nogal teruggelopen. Tegenwoordig zit men veel meer op
zijn zolderkamertje. Voor 2000 gulden heb je al zo ongeveer een
hele studio in huis.'
Dat wil niet zeggen dat zo'n huisstudio zich ook maar enigszins
kan meten met de CEM-studio, die weliswaar een bescheiden
vloeroppervlak inneemt, maar toch een indrukwekkende hoeveelheid
apparatuur omvat. Kroonjuweel is een Arp 2500 synthesizer, een
enorm front vol knoppen en schakelvelden, aan weerszijden
voorzien van gefineerde zijpaneeltjes die het onmiskenbaar
bestempelen tot een product van de jaren '70. Maar naast
dergelijke, overigens nog optimaal functionerende museumstukken
heeft het CEM ook moderne gereedschappen in huis. De analoge
apparatuur mag dan gekoesterd worden, de eindproducten komen
meestal op een cd terecht, en dat is zo digitaal als het maar
zijn kan. Ook de laatste mixages en montages worden meestal per
computer gedaan, want het gemak dient de mens.
In de loop der jaren is het CEM vele malen verhuisd, gewoonlijk
omdat de geldschietende instantie het liet afweten. Omstreeks
1993 werd de subidiekraan zelfs helemaal dichtgedraaid, ondanks
een lovend advies van de Raad voor de Kunst. Muziekcentrum De
IJsbreker trad tijdelijk op als beschermengel, en zo kwam het CEM
in Amsterdam terecht, waar het in 1996 de huidige ruimte in het
Y-tech-gebouw aan de Van Diemenstraat betrok.
Intussen geniet het CEM weer overheidssteun, maar het blijft
schipperen. De meeste medewerkers zijn slechts voor één dag per
week aangesteld ook Alberts zelf, die in 1999 Michael Fahres
als directeur opvolgde.
Al voor de verhuizing naar Amsterdam was het CEM begonnen met
activiteiten voor kinderen. Een van de eerste grote wapenfeiten
van de KinderKomponeerWerkplaats was het ontwikkelen van een
Klankspeeltuin. Deze verzameling interactieve apparaten, waarvan
het beheer inmiddels is overgenomen door De IJsbreker, omvat een
instrument als de Parason, een vloer met gekleurde tegels, die
elk een eigen geluid voortbrengen. De Klankspeeltuin is bedoeld
voor kinderen in de basisschoolleeftijd, die op die manier niet
alleen spelenderwijs leren omgaan met geluid, maar ook aan het
componeren worden gezet.
Dyane Donck en Hans van Zijp, de denktank en uitvoerders van de
KKW, hebben nog verscheidene andere projecten gerealiseerd, zoals
het Geluidenboek, dat nu bijna rijp is voor publicatie. Het
Geluidenboek is een computerprogramma waarmee kinderen speciaal
hiervoor geschreven verhalen van geluid kunnen voorzien, compleet
met een virtuele boekenkast, een voorraad klanken, een
laboratorium, en een opnamestudio waarmee je je eigen geluiden
kunt opnemen. Zo kunnen kinderen leren dat overal muziek in
schuilt zelfs in het gekletter van de regen op het dak.
© Frits van der Waa 2008