de Volkskrant van 7 september 1987, Kunst, recensie
Vocalistenconcours omgevallen prijzenkast
DEN BOSCH - Het Internationaal Vocalisten Concours 's-Hertogenbosch is zaterdag gewonnen door de
Engelse sopraan Fiona Cameron (28). Ze behaalde als enige een eerste prijs, en sleepte daarnaast de
eerste prijs voor de vertolking van Nederlandse muziek en de Erna Spoorenberg Prijs voor haar
begaafdheid als opera-zangeres in de wacht.
In het kielzog van de winnares was, evenals voorgaande jaren, de chaotische inboedel van een
omgevallen prijzenkast waar te nemen.
Laten we eens wat gaan rekenen. Wat had de jury dit jaar eigenlijk te verdelen?
Er waren tien finalisten, geselecteerd uit negentig deelnemers. Voor elke stemsoort zijn in principe
drie prijzen beschikbaar, er waren vier sopranen, daar moest er dus in elk geval één van
afvallen. Tien min één is negen.
Dan zijn er nog de vele extra-prijzen, variërend van de Prijs van de stad 's-Hertogenbosch (voor
zeer uitzonderlijke prestaties) tot en met de Gaudeamus Prijs voor hedendaags repertoire. Bij elkaar
opnieuw negen, maar twee daarvan kunnen alleen aan Nederlandse finalisten worden toegekend, die waren
er dit jaar niet, maakt zeven. De Toonkunst-Vocalistenprijs, een aanmoediging voor een veelbelovende
Nederlandse zanger die verder buiten de prijzen valt (dit jaar toegekend aan de alt-mezzo Margo
Kuijpers) laat ik er ook even buiten. Negen plus zeven is zestien.
Zestien prijzen! Te distribueren over tien kandidaten, dat moet wel gul maken. Dan is het eigenlijk
nog een blijk van kritische gereserveerdheid dat de jury na lang beraadslagen "slechts" twaalf prijzen
toekende aan "slechts" acht van de tien finalisten.
Vroegrijp
Kritisch, hm, uch, nou ja. Het niveau van enkele der tien finalisten weerspreekt het. Kijk op 25
september naar de TROS op Nederland 1, luister op 13 oktober 's middags naar Radio 4, of ga overmorgen
naar het slotconcert in het Bossche Casino, en oordeel zelf.
Wat zegt het behalen van een derde prijs nog als de perspectiefloze interpretaties van de Italiaanse
tenor Andrea Poddighe blijkbaar even hoog worden aangeslagen als het onmiskenbaar talent en de
stilistische fijngevoeligheid van een vocaliste als Marie-Noëlle de Callatay? De 23-jarige
Belgische, die haar vroegrijpe, maar nog niet volkomen uitgegroeide sopraanstem demonstreerde in aria's
van Mozart, Handel en Bizet, sloeg, wat mij betreft, al haar mededingers op het punt van muzikaal
inzicht en werd op technisch gebied alleen door Cameron overtroffen. Een veelbelovende zangeres, die
hoger had moeten eindigen.
Derde prijs no.3 ging naar de Chinese sopraan Qilian Chen. De eindbalans van haar verzorgde,
kennelijk goed begrepen Italiaans tegenover enkele rakelings langs de vangrail jagende coloraturen in
aria's van Puccini en Bellini.
Prima. Maar wat zegt het behalen van een tweede plaats nog als een ijdele, in monochrome tinten
declamerende Canadees, een volgens de jury "wohlgebildete und intensive", maar weinig meer dan degelijke
operabariton uit Polen, een doorleefde, als liedvertolker zeer overtuigende woudreus uit de States en
het curieus vocaal fenomeen van een mannelijke alt-mezzo, ontsproten aan het verre Kazakstan, allen op
één lijn worden geplaatst?
Tweegestreept oktaaf
Erik Kurmangaliev had naar verluidt zijn stem, die reikt tot onwaarschijnlijke hoogten ergens in het
tweegestreept oktaaf, in de voorronden enigszins te zwaar op de proef gesteld. Misschien was dat de
oorzaak van het somtijds weinig bekoorlijke schelle timbre in zijn bovenregister. Overigens is de jonge
Rus een charmante, serene podiumpersoonlijkheid, wiens prestaties, hoe moeilijk ook te vergelijken met
die van zijn vrouwelijke stemgenoten, het verdienen niet alleen op de curiositeitswaarde beoordeeld te
worden.
De lange beraadslagingen van de jury kunnen nauwelijks de toekenning van de eerste prijs gegolden
hebben. Fiona Cameron heeft alle allure die een concourszangeres zich maar kan wensen. Ze beschikt over
een schitterende, goed geschoolde stem en een uitstraling van zelfvertrouwen, die compenseren dat haar
vertolkingen, hoe gedegen ook, niet werkelijk overrompelend of oorspronkelijk zijn.
De bedekte hilariteit die haar meer dan struise verschijning, nog aangescherpt door het frêle
silhouetje van haar Japanse begeleidster, aanvankélijk bij het publiek teweegbracht, verdween
toen haar vocale prestaties meer gewicht in de schaal bleken te leggen.
Spreidde Cameron in Handels aria Care selve vooral grote technische beheersing ten toon, in
Villa Lobos' Evacacao demonstreerde ze een rijk geschakeerd palet aan expressiemogelijkheden, om
tenslotte met haar virtuoos, wellicht iets te pathetisch aangezet belcanto in een door orkest
begeleide aria uit Donizetti's Don Pasquale de zaal aan haar voeten te dwingen.
Maar de jury bleek toch meer overtuigd van de kwaliteiten van de winnares van vorig jaar, de Chinese
mezzo Qing Miao. Die mag volgend jaar het Bossche concours vertegenwoordigen bij de tweejaarlijkse
internationale wedstrijd voor concourswinnaars in Verona.
En nu maar afwachten of volgend jaar de kwalificatie "finalist in Den Bosch" eens wat opgewaardeerd
wordt. Want die heeft niets meer te betekenen.
© Frits van der Waa 2006