de Volkskrant van 8 januari 1988, Kunst, vooruitblik
TOPGEZELSCHAPPEN UIT BUITENLAND PRESENT OP FESTIVAL
Voices haakt in op interesse voor groepszang
AMSTERDAM - "Je moet als manager een lange adem hebben. Tenzij er een wonder gebeurt, een
Berdien-Sternberg-effect, staat er een jaar of drie voor om voldoende belangstelling te kweken voor een
produkt dat werkelijk goed is."
Bert van Mourik, organisator van het vandaag begonnen vocal group-festival Voices, is
een zakenman met een missie: "We moeten duidelijk maken dat er voor vocale muziek een zeer gevarieerd
en geïnteresseerd publiek is. vermoedelijk een ander dan dat naar de gebruikelijke concerten gaat."
"In de afgelopen paar jaar hoorde ik amateurgroepen die prestaties leverden die je voor onmogelijk
hield; bij de concerten van de Swingle Singers, en van het Nederlands Kamerkoor werd een grote toeloop
zichtbaar. Ik heb toen gezegd: dat moeten we gebruiken. We moeten in één klap
geconcentreerd een stel eerste klas zanggroepen door Nederland heen sturen. Dan maken we in
één moment duidelijk waar we anders jaren over zouden doen, namelijk: 'Dames en heren
concertorganisatoren. er is op dit terrein meer dan alleen missen van Mozart met orkest.'"
Het festival Voices, tweeëndertig concerten door zes buitenlandse zangersgroepen van naam en
faam, speelt zich vanaf vandaag twaalf dagen lang af in zestien steden. De groepen bezoeken niet alleen
de zalen van het Vredenburg in Utrecht of van de IJsbreker in Amsterdam, maar ook podia als Kunstmin in
Dordrecht, de Hanzehof in Zutphen en de Pancratiuskerk in Heerlen.
Van Mourik was ooit directeur van het Gewestelijk Orkest van Zuid-Holland en het Nederlandse
Kamerorkest. Hij is nu directeur van het Nederlands Kamerkoor en heeft daarnaast een klein
managementbedrijf. De naam Van Mourik staat voor "vocale muziek" met de nadruk op vocale ensembles met
een kleine, veelal solistische bezetting, doorgaans zonder instrumentale begeleiding. Vocal groups
noemt Van Mourik dat. "We hebben er gewoon geen goed woord voor. Het enige Nederlandse equivalent is
ensemblezangcultuur."
De Swingle Singers met hun bekende close-harmony is een vocal group, maar ook de
Scholars, een vocaal kwartet dat zich toelegt op de muziek uit de renaissance. Het ensemble Vocem,
gespecialiseerd in theatraal en elektronisch gesausde uitvoeringen van eigentijdse composities, is
evengoed een vocal group als Cantabile, vier zangers uit de musicalcultuur van het Londense West
End. Dat zijn, samen met de King's Singers en het Amerikaanse twaalfkoppige gezelschap Chanticleer, de
zes ensembles die voor Voices naar Nederland zijn gekomen.
Het ziet er nu al naar uit dat Van Mouriks inspanningen vrucht zullen afwerpen: het "Focus on
Voices"-concert, komende woensdag in Utrecht, waarin alle zes ensembles, samen met het Nederlandse
Gesualdo Consort, zullen optreden, was een maand tevoren al uitverkocht. De NCRV maakt hiervan bovendien
een televisieregistratie, die in twee delen zal worden uitgezonden, op 5 en 12 april. Vanavond al zendt
de NOS-radio een vanmiddag opgenomen coneert van de Scholars uit, terwijl ook de TROS, Veronica, de
AVRO, de VPRO en de Amsterdamse Concertzender bij concerten opnamen zullen maken. (Dat Veronica heeft
gekozen voor de Swingle Singers en de VPRO voor het electric voice theatre van Vocem spreekt
vanzelf). Zaal de Unie in Rotterdam heeft in het optreden van Vocem aanleiding gevonden om op eigen
houtje een Vocaal Weekeind te organiseren, dat op vrijdag 15 januari wordt geopend met een Nacht van
het Lied.
Vals
Kwaliteit staat bij Voices hoog in het vaandel. Van Mourik: "Als dit soort groepen niet echt niveau
hebben kunnen ze zo verschrikkelijk afgaan voor het publiek. Als het vals is hoort iedereen het direct."
Er zijn opvallend veel Engelse groepen in het festival. Chanticleer uit San Francisco en het
Gesualdo Consort uit Amsterdam zijn de enige uitzonderingen. "Uiteindelijk komt de zangcultuur in
ensembleverband uit Engeland", zegt van Mourik, "daar is het ze met de paplepel ingegoten. We kennen
het in Nederland nauwelijks, in Duitsland nauwelijks, in Zweden een beetje, en vreemd genoeg bestaat
het in landen als Spanje en Italië helemaal niet."
"Als jongeren in Nederland naar het conservatorium gaan om zang te studeren doen ze dat niet in de
eerste plaats om bij een koor te gaan zingen, maar om een soloprestatie te leveren. Langzamerhand is
het gelukkig doorgedrongen dat het een buitengewoon waardevolle aanvulling op het solozingen is als je
ook in een goed koor als het Groot Omroepkoor of het Nederlands Kamerkoor zingt."
De top-ensembles van Van Mourik zullen, denkt hij, de marktpositie van Nederlandse ensembles niet
nadelig beïnvloeden: "Ze zijn er nauwelijks. Het Kamerkoor beweegt zich op een ander terrein. Het
Gesualdo Consort zal het zeker heel goed gaan doen. En dan is er de vocale pop van Montezuma's Revenge.
Ik denk ook niet dat al die buitenlandse groepen elk jaar zullen terugkomen in Nederland, omdat de
markt dat eenvoudig niet aankan. Maar het cabareteske van Cantabile, of het jazzy van de Swingle
Singers, dat wordt door geen van de Nederlandse groepen geleverd."
Van Mourik was een van de eersten in Nederland die heeft gepleit voor kunstsponsoring. Toch wordt
Voices niet gesponsord, een financieel risico dat Van Mourik bewust neemt: "Ik vind dat het met
sponsoring in Nederland de foute kant uitgaat. Het ministerie roept nu tegen alle mogelijke kunstvormen:
'U moet maar gaan sponsoren'. Maar het is al lang duidelijk dat sponsors uitsluitend in gegarandeerde
successen stappen. Daarom heeft ook het Nederlands Kamerkoor nog geen sponsor."
Toch vindt Van Mourik de tijd rijp binnenkort met zijn Kamerkoor de sponsormarkt te betreden. "Dat
koor is dan iets dat zichzelf niet meer hoeft te bewijzen, en daar moet ook veel geld tegenover staan,
niet dat geknoei in de marge. Hetzelfde geldt voor Voices. Ik ben dan wel een zakenman, een
kleine ondernemer, maar het is natuurlijk toch een geprofessionaliseerde hobby. Als ik twaalf dagen
lang bet land wil rondsjouwen met die hobby, moet ik bewijzen dat het ook echt een goed initiatief is."
Voor de komende dagen koestert Van Mourik nog maar één vrees. Griepjes en verkoudheid.
Want de stem is weliswaar een handig en draagbaar, maar ook een kwetsbaar instrument.
© Frits van der Waa 2006