Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 29 juni 1992, Kunst, recensie

Nieuwe Muziek Zeeland worstelt in bescheidenheid

Festival Nieuwe Muziek Zeeland: concerten door Markus Stockhausen, Annette Merriweather, het Xenakis Ensemble en het Martin van Duynhoven Ensemble in de Oostkerk en de Kloveniersdoelen, Middelburg.

Wat er niet kwam, dit jaar in Middelburg: de zeventigste verjaardag van Iannis Xenakis, een project met vrouwelijke componisten, en vijf harmonie-orkesten met moderne muziek-op-straat. WVC weigerde over de brug te komen.

Wat er toch nog kwam – en komt – bij de zestiende jaargang van het Festival Nieuwe Muziek: een programma dat getuigt van nieuwsgierigheid en ontdekkingsdrift. Een bescheiden stortvloed aan gecomponeerde en geïmproviseerde muziek, en tussen de bedrijven door nog een workshop Latijns-Amerikaanse muziek. Dit alles onder het multifunctionele motto Composers Meeting.

'Ik worstel en kom boven.' Het devies van de provincie Zeeland is absoluut van toepassing op het Festival. Dat dreigde de afgelopen jaren herhaaldelijk wegbezuinigd te worden, en drijft nu vrijwel uitsluitend op subsidie van de provincie.

Maar die gaat zich wel ten volle inzetten voor het behoud van het evenement. In de Zeeuwse Cultuurnota, die overigens nog behandeld moet worden door Provinciale Staten, is het festival een 'A-status' toegekend. Bij de opening, afgelopen donderdag, maakte de Zeeuwse gedeputeerde voor cultuur De Vries-Hommes dit bekend. Dat betekent dat het festival bij eventuele bezuinigingen zal worden ontzien en dat het voortbestaan voor de komende vijf jaar vrijwel verzekerd is.

Desondanks heeft het Festival van 1992 de proporties gekregen van een festivalletje. Maar de allure is niet getaand.

'Als er bij muziek een boel uitleg nodig is, is er iets mis mee', vindt de Australische componist Gerard Brophy. Misschien is dat wel de reden dat er slechts een bescheiden publiek geïnteresseerd is in de reeks componistenvoordrachten die eveneens het motto Composers-meeting heeft meegekregen. Maar een echte meeting wordt het niet, omdat de componisten bij elkanders optreden verstek laten gaan. Alleen Brophy en de Spaanse componist David del Puerto houden hun verhaal als een gezamenlijke dialoog. Zoals altijd spelen de echte discussies zich af ná het concert, ondersteund door geestrijke versnaperingen. Een tienmans-ensemble met niet minder dan vier drummers, aangevoerd door Martin van Duynhoven, houdt intussen de festivalswing erin.

De Oostkerk heeft een nagalmtijd van zo'n vier seconden. Stockhausens trompet-sopraan-duet Pieta, hoofdzakelijk imponerend door het fabelachtige spel van zoon Markus Stockhausen, vaart daar wel bij. Maar de vijf stukken die het Xenakis Ensemble in première brengt zijn er niet alle tegen bestand.

Vooral de klankrijkdom van Echoing purple, een stuk waarin de Griekse, in Nederland werkende componiste Calliope Tsoupaki de echo al meegecomponeerd heeft, wordt daardoor veel te diffuus. Ook Crawling up the wall van Huib Emmer verliest veel van zijn hoekige karakter, maar toch blijft hoorbaar dat het een sterk stuk is, al is de instrumentatie wat ongepolijst: strijkers voegen zich niet soepel naar Emmers idioom. Dissonante, massieve samenklanken, versneden tot een tegendraadse puls-motoriek, vormen een doortimmerd bouwwerk. Het is iets minder ongenaakbaar dan eerdere stukken van Emmer, mede door de goed gedoseerde afwisseling tussen de verschillende secties.

Het Hoboconcert van David del Puerto bevat mooie momenten, maar lijdt onder dichtgekitte clusters en een wat eentonige afwisseling van aanlopen en ontladingen. Veel beheerster is het gedragen Les Roses Sanglantes van Gerard Brophy voor basklarinet en ensemble. Brophy heeft zijn knappe handwerk grotendeels geleerd in Italië, maar geeft daar in dit naar mineurtinten neigende en uitgekiend ontvouwde discours een heel eigen draai aan.

Luca Francesconi, de belangrijkste Italiaanse componist van de jongere generatie, heeft opnieuw een wervelend en virtuoos stuk geschreven, met een hoofdrol voor pianist Geoffrey Douglas Madge. Het bestaat uit een aantal heel verschillende, maar toch uit dezelfde gegevens afgeleide secties (muziek-eilanden), een opbouw waarin Francesconi zijn talrijke referenties aan de meest uiteenlopende muziekgenres goed kwijt kan.

Met de titel van dit werk, Islands, loopt Francesconi onbewust vooruit op het festival van volgend jaar. Want daarin wordt 'eilanden-muziek' een van de hoofdthema's.


© Frits van der Waa 2006