Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 13-02-1995, Pagina 9, Kunst, recensie

Adams hoogbegaafd, niet geniaal

Werken van John Adams door het Schönberg Ensemble o.l.v. John Adams. Concertgebouw, Amsterdam. Radio 4: 17/2, 20.00 uur.

'Bij het Schönberg Ensemble klinkt muziek alsof het er werkelijk toe doet dat zij wordt uitgevoerd', schrijft Peter Peters in Zoeken naar het ongehoorde, het boek dat ter gelegenheid van het twintigjarig bestaan van het Schönberg Ensemble is verschenen. Alleen al doordat de bundel bepaald zuinig is met dit soort complimenten, ontstijgt het gehalte ervan aan dat van het doorsnee-jubileumboek. Wat hierin geschreven staat maakt voor een groot deel de indruk dat het er werkelijk toe deed om het op te schrijven.

Dat kan doordat de geschiedenis van het Schönberg Ensemble synoniem is met de geschiedenis van een omwenteling in het Nederlandse muziekleven - een omwenteling die nu zo ver voltrokken is dat de tijd aangebroken is om een voorlopige balans op te maken.

Het optreden van het Schönberg Ensemble in de grote zaal van het Concertgebouw, met drie werken van John Adams, gedirigeerd door John Adams, is exemplarisch voor deze omwenteling, die in twintig jaar tijds heeft gemaakt dat een statisch concertlandschap vol ingeslapen musea is veranderd in een levendige kunstmarkt waar niet alleen alles te koop is, maar die zelfs de aanblik biedt van een atelier.

Het Schönberg Ensemble en John Adams deden zaterdag wat het Concertgebouworkest en Gustav Mahler in 1903 deden: ze schreven de geschiedenis van een levende muziekpraktijk. Of dit naar analogie zou moeten leiden tot een pittig geprijsd Adams-feest in het jaar 2087 is een andere kwestie. Niet alleen kan een dergelijke uitwas de nu opgebloeide muziekpraktijk beter bespaard blijven, maar ten tweede is het de vraag hoe het oeuvre van Adams, die ik toch eerder als hoogbegaafd dan als geniaal zou typeren, de tand des tijds zal doorstaan.

Over Shaker loops kunnen we wat dat betreft gerust zijn. Dit werk uit 1978, waarin Adams de expressieve en grammaticale grenzen van de minimal music aanzienlijk verlegde en dat hem internationale erkenning bracht, heeft nog altijd een geconcentreerde lading waaraan zelfs de soms wat twijfelachtige realisatie van de flageolettonen geen afbreuk deed. In het recente Vioolconcert daarentegen gaat die concentratie ten onder in een betoverend georkestreerde, maar ongebreideld doormeanderende notenvloed. Adams' harmonische exploratiedrift verleidt hem in het eerste deel tot het ophangen van wonderlijk langskabbelende chromatische akkoordketens, die echter op den duur verstrikt raken in zichzelf en in de tegendraadse vioolpartij, die overigens geweldig gespeeld wordt door Vera Beths. Het tweede deel, een chaconne, treft na een aantal feeïrieke minuten hetzelfde lot, waarna het slotdeel met zijn listig langs elkaar schuivende patronen en zijn onverholen knipoogjes naar Stravinsky's Petroesjka het stuk toch nog heelhuids op zijn pootjes doet belanden.

In Fearful Symmetries, dat net als het Vioolconcert zijn Nederlandse première beleefde, gaat een grote harmonische spitsvondigheid gepaard met een hoog adrenalinegehalte, dat zelfs in rustiger vaarwateren nog een pulserende onderstroom gaande houdt. Het stuk heeft ook een zekere platheid, waarbij, vooral in de synthesizerpartijen en de uit dominantseptiemakkoorden opgebouwde climaxen het verschil tussen 'hol' en 'vol' soms nauwelijks meer te onderscheiden is.

Maar wat doet dat ertoe? Juist, precies dat.


© Frits van der Waa 2006