de Volkskrant van 05-05-1995, Pagina 9, Kunst, recensie
PLATEN: KLASSIEK
Nazi's hadden iets met Richard Strauss en niet andersom
Metamorphosis: Barber, Elgar en Strauss, door the Smithsonian Chamber
Players o.l.v. Kenneth Slowik. Deutsche Harmonia Mundi 05472 77343 2.
Ter gelegenheid van de viering van het einde van de Tweede Wereldoorlog
brengt Deutsche Harmonia Mundi een cd uit met de titel Metamorphosis, waarop
de in Washington gevestigde Smithsonian Chamber Players op 'authentieke'
instrumenten muziek van Barber, Elgar en Strauss ten gehore brengen. Ahum. .
. Strauss, Richard Strauss, die had toch wat met de nazi's? Nee, nee, betoogt
dirigent Kenneth Slowik in het cd-boekje, de nazi's hadden wel wat met
Strauss, maar het was niet wederzijds, de bejaarde meester moest eigenlijk
niets van ze hebben. En de bombardementen aan het einde van de oorlog,
waarbij zo veel grote Duitse cultuurmonumenten in as werden gelegd, vond hij
vreselijk.
Ietwat merkwaardig blijft het wel, om de bevrijding te herdenken met
uitgerekend het werk van een man die zich op zijn minst liet gebruiken door
het nationaal-socialisme. Maar goed, de Nederlandse vlag ligt tegenwoordig
ook bij drie zakken pinda's in de aanbieding. Moet allemaal kunnen,
bevrijding is business, en Strauss' Metamorphosen voor 23 solostrijkers,
gecomponeerd tijdens de opmars van de geallieerden, is ontegenzeggelijk een
prachtstuk.
De vraag wat er zo bijzonder en authentiek is aan deze uitvoering - en die
van Elgars Serenade en Barbers Adagio, eveneens stukken van relatief recente
datum - is eenvoudig te beantwoorden: darmsnaren. Daar is iets voor te
zeggen. Vooral in de zachte, lage passages is het verschil met de
tegenwoordig gebruikte staal-en-plastic bedrading goed hoorbaar: de klank is
daar weker en weldadiger. Het zou helpen als dit ook een heel interessante
uitvoering was. Helaas is dat niet het geval. Slowik en zijn Smithsonians
doen zich kennen als degelijke en bij vlagen bevlogen musici, en daar blijft
het bij.
Janssen, Jeths en Hamburg, door Nieuw Sinfonietta Amsterdam o.l.v. Lev
Markiz. NM Classics 92041.
Voor echt bevlogen spel kunnen we terecht bij de strijkers van Nieuw
Sinfonietta Amsterdam en hun dirigent Lev Markiz. Het toeval wil dat
Sinfonietta ook met Metamorphosen in de weer is geweest, en deze titel zelfs
tot motto van een serie programma's heeft verheven. Daarin gingen ook de drie
nieuwe Nederlandse stukken die nu door NM Classics zijn bijeengebracht op
één cd.
Eén van de drie werken, Zey... van Jeff Hamburg, werd gisteravond
uitgevoerd door het Nieuw Amsterdams Kamerorkest als onderdeel van het 4
mei-herdenkingsconcert. Hamburg, in 1956 geboren in Amerika, maar al
jarenlang in Nederland gevestigd, werpt hier, zoals in veel van zijn muziek,
licht op zijn joodse roots. Ditmaal aan de hand van drie jiddische gedichten,
die in kort bestek de laatste tien eeuwen van de geschiedenis van het joodse
volk samenvatten. De muziek is deels gebaseerd op traditionele gezangen, maar
krijgt door de gebruikte toonladders een oriëntaalse, zo men wil
'joodse' atmosfeer. De dooreenwemelende lijnen zijn virtuoos geschreven en de
sopraanpartij, fraai gezongen door Judith Mok, is buitengewoon melodieus en
oorstrelend.
Glenz, een werk voor viool-solo en strijkers van Willem Jeths, heeft een veel
experimenteler karakter. Met een lengte van bijna een half uur is het beslist
te lang, hoewel juist aan het eind een boeiende kaalslag optreedt, die sterk
aan Sjostakowitsj doet denken. Peter Brunt is formidabel in de solopartij.
Het derde werk op deze wel erg heterogene verzameling is Zoek van Guus
Janssen, waarin hij zelf de klavecimbel-solopartij vertolkt, met zijn eigen
noten bestookt door piccolospeelster Eleonore Pameijer. De
Sinfonietta-spelers leveren de schots-en-scheve ondergrond van akkoorden. Een
feest, zoals vrijwel elk stuk van Janssens hand.
Werken van Joep Straesser, door het Gaudeamus Kwartet, Fusion Moderne, Basho
Ensemble o.l.v. Jurrien Sligter, Radio Filharmonisch Orkest o.l.v. Edo de
Waart e.a. Composers' Voice Highlights CV 44.
Ook de meest recente cd uit Donemus' Composers Voice-serie lijdt aan een zeer
sterk uiteenlopend assortiment muziek. En toch zijn alle zeven stukken
afkomstig van één componist. Joep Straesser, 61 nu, heeft in
dertig jaar tijd een soort reuzenzwaai gemaakt, van atonale,
moza&eiml;ek-achtige stukken, al dan niet met vrije worpen voor de musici,
naar een muziek die meer aanspraak kan maken op de benaming 'neo-klassiek'
dan de duizenden - in feite neo-barokke - stukken die onder die term
gerangschikt plegen te worden.
Zijn oudere werk, hier gepresenteerd in nostalgisch ruisende radio-opnamen
uit de jaren zeventig en tachtig, is kundig gecomponeerd, maar erg geserreerd
en neigt daardoor dikwijls tot een zekere monotonie of kortademigheid. In de
twee meest recente werken lijkt Straesser zijn ware zelf gevonden te hebben -
alsof dat moderne gedoe niet echt van harte ging. De vijfdelige
liederencyclus Gedanken der Nacht voor sopraan, drie klarinetten en slagwerk
is een juweel van expressiviteit en kleur, terwijl de Derde Symfonie door
zijn constructieve avonturen met een minimum aan motieven een Beethoveniaanse
allure heeft, maar tegelijkertijd voortdurend de harmonische grond onder je
voeten vandaan lijkt te trekken. Straesser gebruikt oud gereedschap - dat
doen er wel meer -, maar maakt er nieuwe muziek mee. En dat lukt maar
weinigen.
© Frits van der Waa 2006