de Volkskrant van 02-06-1997, Pagina 10, Kunst, recensie
Opvoering opera Holzbauer zinloze onderneming
Günther von Schwarzburg, opera van Ignaz Holzbauer, door het Radio
Kamer Orkest, Groot Omroepkoor en solisten o.l.v. Ton Koopman. Concertgebouw,
Amsterdam, 31 mei.
Omdat Mozart zich ooit prijzend heeft uitgelaten over de opera Günther
von Schwarzburg van Ignaz Holzbauer (1711-1783) heeft de AVRO het raadzaam
geacht het kavalje uit de mottenballen te halen. Dat had men beter niet
kunnen doen. Mozart schreef al: 'De tekst is zulke muziek niet waard', en
gelijk had-ie. De concertante uitvoering door het Radio Kamer Orkest onder
Ton Koopman bewees dat Holzbauer mooie muziek kon schrijven, maar
tegelijkertijd dat zijn Günther de theatrale kracht van een teiltje lauw
afwaswater heeft.
Op zichzelf is de opera, die in 1777 zijn première beleefde, niet van
historisch belang ontbloot. Het is de eerste poging om tot een eigen
Duitstalige vorm van opera te komen. Helaas is daarmee ook het libretto
overwoekerd geraakt door Grootduitse sentimenten. De onbeholpen intrige
betreft twee veertiende-eeuwse troonpretendenten die tegen elkaar worden
uitgespeeld door de moeder van een van beide.
Na in vergetelheid te zijn geraakt, is Günther in 1990 opnieuw
uitgevoerd in Frankfurt en voor het nageslacht op cd gezet, dus waarom de
onderneming nog eens moest worden overgedaan is een raadsel. Het niveau van
de uitvoering was, hoewel bevredigend, niet spectaculair te noemen.
Interessant is de wijze waarop Holzbauer de aria's inbedt in uitgebreide
begeleide recitatieven. En zijn muziek is voor iemand die bijna een halve
eeuw eerder geboren was dan Mozart opmerkelijk modern. Mozartiaans zou je
bijna zeggen, al is dat niet eerlijk, want het is Mozart die de kunst heeft
afgekeken van Holzbauer, en niet andersom.
Een verdienstelijk componist dus, maar van karaktertekening had hij weinig
benul. Aan de nobele sullen die het verhaal bevolken valt weliswaar geen eer
te behalen, maar ook de kwade genius, de stokende moeder, blijft een
kleurloze figuur. Zelfs van de veldslag en de zelfmoord in het laatste
bedrijf heeft Holzbauer geen kaas weten te maken. De daaropvolgende
sterfscène daarentegen is daarentegen dusdanig uitgemolken dat ze
menige negentiende-eeuwse variant in langdradigheid voorbijstreeft. Dit alles
neemt een uur of vier in beslag. Zonde van de tijd en de moeite.
© Frits van der Waa 2006