Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 30-01-1998, Pagina 12, Kunst, recensie

Blazers Ensemble verbaast met beschaafde Riley

Werk van Riley, Volans en Fitkin, door het Nederlands Blazers Ensemble. 28 januari, Muziekcentrum Vredenburg, Utrecht. Radio 4: 25 maart, 20.00 uur.

Moderne muziek heeft vaak iets raadselachtigs. Dat maakt het juist zo spannend - om je door een componist mee te laten voeren op zijn ontdekkingsreis naar nieuwe combinaties van klanken. Minstens zo raadselachtig is het gegeven dat sommige combinaties van tonen vanzelf goed klinken. Kwinten, drieklanken, toonladders - wonderbaarlijk materiaal eigenlijk; het is alleen in de loop der eeuwen een beetje uitgewoond geraakt. Er zijn weinig componisten die daar nog iets nieuws mee weten te doen - maar ze zijn er wel. Over dat soort componisten gaat Klap op de Drieklank, een concertserie van de NPS/VPRO in het Utrechtse Muziekcentrum. Samensteller Robert Nasveld heeft ze van heinde en verre bijeengebracht, de beoefenaars van de 'nieuwe tonaliteit', maar vooral uit Oost-Europa, het Angelsaksische en Nederland.

Dat de serie opende met een uitvoering van Terry Rileys In C was toepasselijk. Dit stuk uit 1964 werkte als een steen in de vijver van het modernisme en kan gezien worden als de oorsprong van de minimal music. In C is een compositie die een groot beroep doet op de zelfwerkzaamheid van de musici en heeft daardoor een traditie van nogal anarchistische, brutaal klinkende uitvoeringen. De bijzonder ingetogen, mild klinkende interpretatie van het Nederlands Blazers Ensemble was in dat licht bijzonder verrassend - bijna te beschaafd voor zo'n revolutionair stuk, maar toch met een zekere spanning, dankzij een scherpe dosering van de climaxen. Niettemin werd duidelijk dat de historische betekenis van het stuk groter is dan de muzikale inhoud.

Dan is de muziek van de van oorsprong Zuid-Afrikaanse componist Kevin Volans een stuk interessanter. Met minimale middelen komt hij tot bijzonder boeiende, spirituele resultaten. Zo is zijn Walking Song voor klavecimbel, fluit en twee klappende musici voor een groot deel eenstemmig, maar door de manier waarop hij de tonen heen en weer laat kaatsen tussen de musici ontstaat een voortdurend evoluerend netwerk van ritmische pulsen, toegankelijk door zijn regelmatige cadans, maar fascinerend door zijn ambigue onderverdeling.

In Leaping Dance, een kleurrijk stuk voor elf instrumenten doet Volans een nog groter beroep op de virtuositeit van de musici. Het werk bereikt zijn hoogtepunt in een ononderbroken, doedelzak-achtige cascade van halsbrekende riedels, waarin de klarinetten het voortdurend van elkaar overnemen, als in een estafette.

De muziek van de Engelse componist Graham Fitkin zou je 'postminimaal' kunnen noemen. Zijn speciaal voor het NBE geschreven Skew is een stuk met een onstuitbare swing en een uitgesproken jazzy klank, door de big band-achtige stapeling van kruidige harmonieën, maar vooral ook door de prominente baspartij. Over stevig neergezette akkoordblokken legt Fitkin een kruisvuur van lange lijnen en kleine, minimalistische nootjes. Zijn muziek stelt de musici zo mogelijk nog zwaarder op de proef dan het werk van Volans. Het Blazers Ensemble, dat toch befaamd is om zijn hoge niveau, kwam er niet helemaal zonder kleerscheuren af.


© Frits van der Waa 2006