Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 31-10-1998, Pagina 11, KUNST, recensie

Knarsen, grauwen en janken in microfoon

LOOS Tijdkring Festival, met Quoth van Guus Janssen en Friso Haverkamp, en optredens van Phil Minton, Frank Gomba en Chicago Connection. Korzo Theater, Den Haag, t/m 31 oktober. Herhaling (Quoth): Utrecht (1/11), Nijmegen (1/12).

Liefhebbers van een hapje kwal of wulk kunnen vanavond nog terecht bij het derde concert in het LOOS Tijdkring Festival. Daar zet maaltijd-kunstenaar Henri Roquas het publiek een even exquis als tongstrelend menu voor, gesausd met een stevig portie etymologie. De agenda vermeldt tevens een optreden van de tachtigjarige Zimbabwese musicus Frank Gomba, muziek uit de jaren '20 en '30 door de Ebony Band, een performance van Bart Visser, en Den Totalen Airbag, een audio-visueel spektakel van de groep Palinckx.

Speed is het motto van Het Tijdkring Festival: snelheid, in de ruimste - en liefst meest extreme - zin des woords. Maar snelheid is, zeker in de kunst, iets betrekkelijks. De Snelheid van de Stilte, een installatie van Floris van Manen, maakt dat op fascinerende wijze aanschouwelijk. In een donkere ruimte bewegen zich rode lichtjes langs een lijn, soms in groepjes, soms alleen, soms snel, soms traag. Het boeiende zit hem in het verschil in snelheid. Zo lijken de trager bewegende lichtjes zich achteruit te bewegen, zoals een ingehaalde auto achter een inhalende auto verdwijnt.

In de kunst is het de kunst deze snelheid te doseren. Dat lukt niet altijd. In QUOTH, een 'dwergopera' van Guus Janssen en Friso Haverkamp, zijn de drie musici omringd door een stel beeldschermen, waarop teksten voorbijglijden, met een snelheid die op zichzelf niet te hoog is, maar zich slecht verdraagt met de manier waarop een lezer een tekst tot zich neemt. Bovendien vergt het volgen van deze teksten te veel aandacht om nog naar de muziek te luisteren.

In deze 'dwergopera' wordt vooralsnog geen noot gezongen. Het is ook nog maar een eerste verkenning van de mogelijke interacties tussen tekst, beeld en muziek. Het project zal pas in 2001 zijn definitieve gestalte krijgen. Hoewel de elementen nu nog niet op elkaar vallen is het muzikale aandeel van het Guus Janssen Trio, een intrigerende mix van compositie en improvisatie, als altijd boeiend, door de dwarse, maar rake wijze waarop de musici kleur en snelheid doseren.

Stemkunstenaar Phil Minton is op dat punt onovertroffen. Een half uur lang grauwt, piept, knarst en huilt hij in de microfoon, zonder een woord tekst, eigenlijk ook zonder één normaal gezongen noot. Het is nauwelijks te geloven dat al die geluiden slechts door één menselijke strot voortgebracht worden. Door de pijlsnelle registerwisselingen, de onwaarschijnlijke ruisklanken en multiphonics doet Mintons vocabulaire menigmaal aan elektronische muziek denken. Wat hij doet is hoe dan ook adembenemend.

De muziek van Frank Gomba, de eerbiedwaardige grijsaard uit Zimbabwe, die voor het eerst buiten zijn eigen land optreedt, lijkt op het eerste gezicht misplaatst in dit festival van extremen. Maar juist zijn optreden geeft veel te denken over 'snelheid': over een gebrek aan haast dat wij niet meer kennen, en over de snelheid waarmee oude tradities verloren dreigen te gaan. Gomba's broze stemgeluid, en zijn spel op de mbira (een 'tokkelpiano') en drie verschillende mondharpen, die eruitzien als bogen, zijn van een ontroerende authenticiteit, die de luisteraars deed uitbarsten in een luid 'More, more'-geroep.

De karrevrachten aan noten die het improvisatie-kwartet Chicago Connection vervolgens een uur lang uitstort tonen eens te meer aan hoe betrekkelijk snelheid is. Deze musici zijn snel, dat is zeker, razendsnel, maar in hun muziek slaat snelheid te vaak om in dichtheid. Dan wordt het klinkend resultaat indifferent, bij gebrek aan contrast, en blijft er niets over dan druktemakerij.


© Frits van der Waa 2006