Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 08-09-1999, Pagina 8, Kunst, Recensie

Worstelen met fin de siècle-probleem

Internationale Gaudeamus Muziekweek: concerten door het Esprit Ensemble o.l.v. Alex Pauk en het Nieuw Ensemble o.l.v. Micha Hamel. 6 september, De IJsbreker en Felix Meritis, Amsterdam.

Amsterdam is weer voor een week het Mekka van de nieuwe muziek. In groten getale zijn componerende, uitvoerende en luisterende bedevaartgangers uit de hele wereld bijeengekomen voor de Internationale Gaudeamus Muziekweek.

Het is een jong publiek: Gaudeamus richt zich op componisten van onder de dertig. De kern van het programma wordt gevormd door de 23, uit honderden inzendingen geselecteerde, stukken waarvan er één aanstaande zondag bekroond zal worden met de prestigieuze Gaudeamus Prijs.

Onder de uitverkoren componisten zijn drie Nederlanders, Michel van der Aa, Toek Numan en Robin de Raaff. Raaffs orkestwerk, Der Einsame im Herbst, werd vorig jaar al geselecteerd, maar kon toen niet uitgevoerd worden - een lot dat ook nu enkele componisten treft. De Gaudeamusweek kent een gecompliceerde logistiek. Vrijwel elk stuk heeft een andere bezetting.

Een belangrijke rol is weggelegd voor het Canadese Esprit Orchestra dat in vier van de veertien concerten te horen is. Het verweerde zich maandag met kracht tegen de moeizame akoestiek van De IJsbreker, onder andere met een zinderende uitvoering van Claude Viviers Zipangu.

Het Nieuw Ensemble trof gunstiger omstandigheden in Felix Meritis. Dirigent Micha Hamel leidde het ensemble met vaste hand. Maar ook de jonge componisten blijken de materie stevig in hun greep te hebben, al worstelen velen, net als hun oudere collega's, met een soort fin de siècle-probleem. Zo probeert de Italiaan Mauro Montalbetti in Studio sul Narciso nero wringende, woelige, boventoonrijke akkoorden te verzoenen met oorstrelende jazz-harmonieën. Hoewel de beoogde zwoelheid bij wijlen wat gelikt aandoet, is het een stuk dat van begin tot eind op spanning blijft.

Japanse componisten zoeken de verruiming van het arsenaal blijkbaar eerder in microtonen, glissandi en een post-seriële ritmische versplintering. In Le départ van Jummei Suzuki leidt dat tot een voortdurend evoluerend, maar uiteindelijk nogal doelloos betoog van zeven minuten, dat voor hetzelfde geld twee keer zo kort of twee keer zo lang had kunnen duren. Kumiko Omura, een van de twee winnaars van vorig jaar, gebruikt in haar Chiaroscuro ook veel droge, percussieve en versnipperde tonen, maar verbindt die met een voortstromend weefsel van geleidelijk veranderende klanken, waarmee ze op geraffineerde wijze de verschillende registers doorkruist.

Haar mede-winnaar, de Engelsman Geoff Hannan, had zijn nieuwe werk nog niet helemaal af. Het veellagige, ritmisch pakkende begin van Spindrift is uitermate opwindend, maar Hannan verschiet zijn kruit te snel, zodat het vervolg aan pregnantie inboet.

Als het niveau van deze concerten maatgevend is, belooft het een geslaagde week te worden, te meer daar het programma niet beperkt blijft tot de wereld van de geschreven noten. Een evenement om naar uit te zien is The Night of the Unexpected, vrijdagavond in het Bimhuis, een surprise-concert waarin allerlei vormen van cross-over aan bod komen.


© Frits van der Waa 2006