de Volkskrant van 07-02-2000, Pagina 8, Kunst,
In de ban van de stem door Upshaw
AMSTERDAM
'Je hoeft die slotnoot niet helemaal tot het eind toe door te zingen', zegt Dawn Upshaw. 'Maak er muziek mee. Die tekens op het papier zijn alleen maar een leidraad.' De Amerikaanse sopraan geeft een masterclass in de Kleine Zaal van het Concertgebouw, daags na haar optreden in het Vocaal Festival dat zijn bezoekers tot eind februari in de ban van de stemband houdt.
Onderwerp van Upshaws openbare les is het Amerikaanse lied, een genre dat voor een zangeres als de Japanse Katsuko Komeda nog een vrij grote taalbarrière op blijkt te leveren. Voor haar landgenote Tomoko Makuuchi is dat geen probleem, al bekent ze dat ze de inhoud van Samuel Barbers lied Nuvoletta niet echt begrijpt. Dat is ook niet zo'n wonder, want de tekst is afkomstig uit James Joyces Finnegans Wake. De vertolking van de Japanse zangeres is fascinerend, niet alleen door haar zeer op de tekst gerichte vertolking, maar ook door de loepzuivere, ijle vocalises,vlak voor het slot.
Upshaw is geroerd. 'Ik heb aan dit lied nooit zo veel aandacht besteed', biecht ze op, 'allereerst omdat ik het nooit zo zou kunnen zingen als jij, maar ook omdat ik het niet begreep. Als je het nu al zo zingt zonder het te begrijpen, hoe moet het dan niet klinken als je het wel begrijpt?'
Het is niet de enige verrassing die Upshaw tijdens haar masterclass te wachten staat. De Nederlandse, van de Antillen afkomstige Tania Kross geeft een overrompelende performance weg in What a movie uit Bernsteins Trouble in Tahiti. Anders dan haar mede-cursisten doet de 24-jarige Kross niet aan de zangersstand, waarbij men de ellebogen licht spreidt en de handen zedig op navelhoogte houdt. Nee, ze gooit haar hele lichaamstaal in de strijd. Het publiek schiet herhaaldelijk in de lach, en Upshaws eerste commentaar is: 'Wow!' Kross heeft duidelijk niet veel te leren. 'Ik heb een probleem met het verdelen van mijn energie', zegt ze, maar dat is het probleem van de topsporter. 'Neem wat meer vrijheid', zegt de docente. 'Wees niet bang om adem te halen.'
Hoewel Upshaw zich vanzelfsprekend het meest thuis voelt in haar moedertaal draait ze haar hand niet om voor een programma met Franse, Russische, Poolse en Duitse teksten, zo laat ze zaterdagavond horen. Upshaws ouders hebben een toepasselijke naam voor hun dochter gekozen: haar stem is zuiver en ongerept als de dageraad. Vooral in de Trois poèmes de Stéphane Mallarmé van Maurice Ravel is het fascinerend hoe haar stem beurtelings opgaat in en zich weer losmaakt uit de instrumentale begeleiding.
In Schönbergs Pierrot lunaire realiseert Upshaw een perfect Sprechgesang, dat zich voortdurend op de grens tussen spreken en zingen beweegt. Maar het kan extraverter. Haar vertolking, hoe innemend ook, ontbeert acteursbloed. Wat haar niet belet om er samen met Reinbert de Leeuw en het Schönberg Ensemble, dat zichzelf in kleurgeving en precisie overtreft, een gedenkwaardige avond van te maken.
Ook de Spaanse zangeres Pilar Jurado is door het Vocaal Festival gekoppeld aan een Nederlands ensemble, de Ebony Band. Hun optreden van vrijdagavond is een feest van het soort verrassende herontdekkingen waar Ebony Band-leider Werner Herbers het patent op heeft, zoals de dwarse circusmuziek van Paul Bowles' The Wind remains, of de verfijnde klanksluiers van De Falla's Psyché. Jurado, aanvankelijk wat gereserveerd, komt meer en meer los tot ten slotte, in de gepeperde volksliedzettingen van Roberto Gerhard, de vlammen eraf slaan.
© Frits van der Waa 2006