de Volkskrant van 20-03-2000, Pagina 11, Kunst, Recensie
Adembenemend Bach-labyrint
Bach Festival Rotterdam: concerten door Ton Koopman en Tini Mathot, Ensemble Calefax en Anatol Ugorski. 17/18 maart, De Doelen, Rotterdam.
In het verleden schijnt de goede stad Rotterdam een koploper te zijn geweest op het gebied van Bach-uitvoeringen. Dat is echter enigszins in het vergeetboek geraakt. Om de reputatie van Rotterdam als Bachstad opnieuw te bevestigen stond concertzaal De Doelen de afgelopen week geheel in het teken van de 250 jaar geleden gestorven componist.
'Geen dag zonder Bach' luidde de leus op de t-shirts waarin de medewerkers van de Centrale Discotheek rondliepen. Het motto is van de befaamde cellist Pablo Casals, maar menig muzikant zal het van harte onderschrijven. Voor Ton Koopman, de dirigent die met zijn Amsterdam Baroque Orchestra al enkele jaren doende is het volledige cantatewerk op cd te zetten, moet Bach dagelijkse kost zijn.
Samen met zijn echtgenote Tini Mathot bracht hij vrijdag een sprankelende uitvoering van Bachs Die Kunst der Fuge, het onvoltooide nec plus ultra van zijn oeuvre. Deze verzameling uit één enkel thema afgeleide fuga's en canons heeft geen voorgeschreven bezetting. De meeste ervan kunnen wel door één klavierspeler worden uitgevoerd, maar er zijn ook een paar waarbij die dan handen tekort komt.
Koopman en Mathot doen het op twee klavecimbels, wat niet alleen een weidser klankbeeld oplevert, maar bovendien meer speelruimte laat voor versieringen. De zuigkracht van Bachs muzikaal labyrint, waar in elk van de dooreengevlochten stemmen voortdurend koppen, staarten, uitgerekte en/of ondersteboven gezette varianten van het hoofdthema opduiken, is adembenemend.
Het was een verfrissende ervaring om in het direct hierop volgende late concert enkele van de fuga's nog eens te horen, nu in de vertolking van het rietkwintet Calefax. De spelers bedienen zich van moderne instrumenten, waaronder saxen en klarinetten, die in Bachs tijd nog niet bestonden. 'Historisch verantwoord' kan hun vertolking niet genoemd worden. Het muzikale gehalte van hun uitvoering verwijst echter iedere bedenking naar de achtergrond. Hoewel de kleurverschillen tussen de instrumenten de gang van de verschillende melodielijnen naar voren doen komen, weet Calefax tegelijkertijd een sublieme bijna-versmelting te bereiken.
Calefax combineerde zijn uittreksel van Die Kunst der Fuge met bewerkingen van enkele van de Preludes en fuga's opus 87, die Dmitri Sjostakovitsj in navolging van Bachs Wohltemperierte Klavier componeerde. Uiteraard leverde dat een fraai en samenhangend programma op.
Ook pianist Anatol Ugorski, die daags daarop 'Bach na Bach' belichtte, aan de hand van Brahms- en Busoni-bewerkingen, trok de lijn door naar Sjostakovitsj. Hoewel hij volledig boven de materie staat en de stemmen al even gedifferentieerd kan kleuren als Calefax had zijn recital vooral het karakter van een technisch wapenfeit. Vervoering was ver te zoeken.
© Frits van der Waa 2006