Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 04-09-2000, Pagina 8, Kunst,

Ook missers maken deel uit van avontuur

Gaudeamus is ieder jaar weer verrassend

AMSTERDAM

Internationale Gaudeamus Muziekweek: concerten door het Noordhollands Philharmonisch Orkest o.l.v. Fabrice Bollon, het Radio Kamerorkest en Tomoko Mukaiyama. 1-3 september, Beurs van Berlage, Felix Meritis, Stedelijk Museum, Amsterdam. Herhaling (Mukaiyama) Den Haag (14/9), Rotterdam (17/9), Utrecht (5/10) en Groningen (14/10).

Het concours voor jonge componisten, dat ieder jaar deel uitmaakt van de internationale Gaudeamus Muziekweek, heeft iets van een loterij. Want zelfs voor de meest doorgewinterde jury blijft het een onmogelijke opgave om in een paar dagen meer dan driehonderd partituren door te nemen.

Zo kon het gebeuren dat er al tijdens de eerste drie dagen van het festival twee stukken klonken die er op papier misschien interessant uitzien, maar in de praktijk flink tegenvielen.

In het werk for orchestra (3.98) van de Amerikaan James Fei ploegde het Noordhollands Philharmonisch Orkest zich braaf door een aaneenschakeling van ondoorzichtige akkoorden heen waar niemand wijzer van kan zijn geworden. Voor de lastige flageoletten in The Sense of Line van de Japanner Taizo Hida gold hetzelfde: de muziek kwam geen millimeter van zijn plaats.

Zulke missers maken overigens deel uit van het avontuur dat de Gaudeamus Muziekweek ieder jaar weer is, mede dankzij de gevarieerde samenstelling van de jury. Dit jaar bestond die uit de Amerikaan Nicolas Collins, de Japanse nestor Jo Kondo en de Nederlander Cornelis de Bondt.

Onder de geselecteerde stukken waren een paar uitschieters, zoals Otto danze di pietra van de Zwitser Nadir Vassena, dat opviel door zijn bijzondere coloriet en attaques met wonderlijke glijtonen. Het Noordhollands Philharmonisch had het, net als het Radio Kamerorkest twee dagen later, niet eenvoudig in de wat over-akoestische Beurs van Berlage, waarin zwaar bezette composities als Change and Identity van de Mexicaan Vicente Barrientos Yépez makkelijk dichtslibben. Het werk van Yépez was niettemin een fraai hoogtepunt van het RKO-programma, dat geleid werd door zes deelnemers aan de Kirill Kondrashin Masterclass. Jonge componisten en jonge dirigenten: een uitstekende combinatie.

Bij een concert met solostukken in het Stedelijk Museum in Amsterdam sprong vooral Crystal Vermin van de Duitse componist Florian Maier eruit, wat zeker ook te danken was aan Diangelo Cicilia, een gitarist met een fantastische technische beheersing van zijn instrument.

Curieus was Polymorphic Variations II van de Amerikaan Cody Robertson, die hoorbaar maakte dat er met behulp van een computer nog menige verrassing te ontlokken valt aan die goede oude grote drieklank.

Een hoogtepunt van dit eerste weekeinde was het optreden van pianiste Tomoko Mukaiyama, onder het motto Tokyo x Amsterdam: The dwelling plane of the noises. Haar programma bevatte onder andere een nieuw stuk van Michel van der Aa, die vorig jaar de Gaudeamusprijs won. Zijn Just Before bleek een even solide als speels werk, waarin de live gespeelde muziek haast onmerkbaar vervloeit met afgetapte en elektronisch bewerkte pianoklanken, terwijl harde 'lassen' voor duidelijke caesuren zorgen. Fluweel, een wervelend en energiek stuk van Toek Numan, is Mukaiyama op het lijf geschreven, evenals het merkwaardige, quasi-geïmproviseerde Away from Home With Eggs van Makoto Nomura.

Hoewel de noise-muziek van het compo-koppel Merzbow/Atsuhiko Gondai het concert een wel erg oorverdovend einde bezorgde is Mukaiyama's performance een belevenis, niet in de laatste plaats door de aankleding. Want het Japanse kunstenaarsduo Digital PBX heeft de zaal omgebouwd tot een surrealistische witte ruimte, waarin een stuk of duizend goudvissen rondzwemmen in hangende plastic buidels. Een onvergetelijke entourage.


© Frits van der Waa 2006