de Volkskrant van 25-03-2002, Pagina 11, Kunst, Recensie
Sample van hoge en lage cultuur
Heiner Goebbels Festival, met het Bl!ndman Saxophone Quartet, Les Percussions de Strasbourg en het Asko Ensemble o.l.v. Peter Rundel. 22 en 23 maart, Lantaren/Venster, Rotterdam.
Teksten, elektronica, licht en beweging vermengen zich in het werk van Heiner Goebbels met een indrukwekkende hoeveelheid trillende lucht. De 49-jarige componist is in Nederland vooral bekend geworden door zijn aandeel aan het Holland Festival van 1998 en 1999. Nu was hij twee avonden lang te gast in het Rotterdamse Theater Lantaren/Venster, als hoofdpersoon van een aan hem gewijd festival.
Goebbels beweegt zich met grote behendigheid op het snijvlak van verschillende disciplines en genres, en dat maakt hem tot een interessante figuur. Tegelijkertijd belemmert die veelzijdigheid enigszins het zicht op datgene waar hij als componist voor staat.
Een stuk als Surrogate, dat zaterdagavond door het Asko Ensemble ten gehore werd gebracht, is niet meer dan een uitgebreid georkestreerde pop-groove. Daarbij staat de hoeveelheid ingezette instrumenten in geen verhouding tot de muzikale opbrengst, en bovendien komt het aandeel van vocalist David Moss, die uithaalt als een gospel-preacher, in de verdrukking.
Ook ...m'me soir, een groot slagwerkstuk dat de avond tevoren werd uitgevoerd door het vermaarde ensemble Les Percussions de Strasbourg, overtuigde niet volkomen. Het stuk bevat fascinerende momenten, daar niet van. Zo laten de slagwerkers bekkens rondtollen op een houten vloer, schudden met reusachtige tamboerijnen en laten knikkers ronddraaien in glazen, houten en metalen schalen. Maar met dat al doet hetwerk meer aan als een verkenning van een arsenaal aan klanken dan als een confrontatie van muzikale ideeën.
Goebbels kan goed uit de voeten met blazers. In Stadt, Land, Fluss ontlokt hij het Bl!ndman Saxofoon Kwartet zwoele tertsenloopjes, scheurende knarsgeluiden, en versmolten vierstemmige harmonieën, dit alles begeleid door het heftige gebeuk van een drumcomputer, die door de baritonspeler met de voeten bediend wordt. En in Herakles-2 voor vijf koperblazers en slagwerk klinkt pompende gangsterfilmmuziek, afgewisseld met mixturen van virtuoze, kronkelende melodieën. Maar ook in dit abstracte stuk, waarin het uitsluitend over noten gaat, worden boeiende vondsten afgewisseld door stagnerende passages.
Ten volle overtuigde Goebbels pas in het allerlaatste stuk van het festival, Die Befreiung des Prometheus, waarin hij zelf als toetsenist optrad, geflankeerd door slagwerker/vocalist David Moss en spreker Ernst Stoetzner. Het stuk, gebaseerd op een ijzersterke tekst van Heiner Müller, ontstond al in 1985 als radiohoorspel.
Het is een bizarre en briljante montage van gesamplede geluiden, woeste uitbarstingen, mars- en nachtclubmuziek, waaraan Moss een delirium van vocale gorgelingen en rake klappen toevoegt, doorsneden met Stoetzners strakke declamatie.
Hier wordt ook duidelijk waar Goebbels' kracht ligt: niet in grote, doorgecomponeerde structuren, maar in de collage van uiteenlopende vondsten en ideeën, niet in klassieke, afgeronde stukken, maar in het door elkaar husselen van 'hoge' en 'lage' kunst.
© Frits van der Waa 2006