Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant van 05-04-2002, Pagina 10, Kunst, Recensie

Aandoenlijke sopranen in schapenvelletjes

Il Re Pastore, van W.A. Mozart door Muziektheater Transparant o.l.v. Paul Dombrecht en Ramsey Nasr. 3 april, Stadsschouwburg, Groningen. Tournee t/m 13/5. Radio Klara: 6 april, 20.00 uur.

'Mijn glorie verdraagt het niet als ik te lang niks uitvoer', zegt Alexander de Grote in Mozarts opera Il Re Pastore. De 'hertaalde' woorden, die op twee zijpaneeltjes worden geprojecteerd, zijn dan wel van Ramsey Nasr, maar in het oorspronkelijke Italiaans staat het er bijna net zo, tussen neus en lippen door.

Het verhaaltje van Il Re Pastore, die nu door het land reist in de uitvoering van het Antwerpse gezelschap Theater Transparant, is ietwat onbenullig. Het is de verdienste van Nasr, die met deze voorstelling zijn regiedebuut maakt, dat hij de angel die onder de oppervlakte schuilt zichtbaar heeft gemaakt. Die angel is de grootheid, of beter gezegd grootheidswaan van Alexander, of Alessandro, zoals hij hier heet.

Metastasio, de oorspronkelijke librettist, schreef Il Re Pastore om de hogere standen te behagen. Naast Alessandro voerde hij twee verliefde stellen op, het herderspaar Aminta en Elisa, en het koppel Agenore en Tamiri. Alessandro komt erachter dat Aminta een koningszoon is, waarop hij besluit hem aan Tamiri uit te huwelijken, dan kunnen ze mooi over het door hem veroverde rijk Sidon regeren. Iedereen natuurlijk diep ongelukkig. Dus herroept Alessandro grootmoedig zijn besluit. De achttiende-eeuwse vorst, die zich uiteraard aan Alessandro spiegelde, wist zich weer gestreeld.

In Nasrs visualisatie daarentegen is Alessandro een opgeblazen kwast, die zijn goede daden alleen maar bedrijft om er beroemder van te worden. Dat opgeblazene is hem aan te zien, want hij draagt een enorme witte Skippy-bal als kroon en heeft reusachtige Mickey Mouse-handschoenen aan. De Franse tenor Guy Fechter maakt er een schitterende performance van.

Het toneelbeeld van Stef Tessel, bestaand uit hangende, later uit liggende balken is prachtig. Maar de kostuums van Valentine Kempynck zijn onvergetelijk. Aminta en Elisa (alleraandoenlijkst gezongen door de sopranen Christine Freiberg en Anne Cambier), zijn gestoken in schapenvelletjes, en - voor zo lang het duurt - aan elkaar verbonden met een grote, dikke vlecht. Tamiri (Jessica Walker) draagt een jurk ter grootte van een tweepersoonstent, en Agenore heeft enorme rubberen ruches aan zijn manchetten. Agenore is nogal een watje, maar Mozart is goed in watjes, en tenor Olivier Dumait goed bij stem.

De cast is uitgesproken jeugdig, wat voortreffelijk past bij dit relatief simpele werk van de 19-jarige Mozart. Het ensemble Il Fondamento, aangevoerd door Paul Dombrecht, laat hier en daar wat amechtige geluiden horen, maar speelt verder met veel vuur en aandacht voor de tekst.

Nasr legt een smaakvol gebrek aan eerbied voor de partituur aan de dag. Sommige recitatieven laat hij gesproken acteren. Tegelijkertijd heeft hij een scherp oor voor de momenten waarop het samenspel van muziek en mimiek het drama een andere wending kan geven. Ook bij de combinatie van gestileerde gebaren en een nadrukkelijk koddige acteerstijl weet hij de gulden middenweg te vinden. En zijn 'hertaling' is zowel poëtisch als humoristisch, al wordt ze tegen het eind zo vrijpostig dat ze de aandacht enigszins afleidt van de handeling. De uitroep 'Joepie!', een goed voorbeeld daarvan, is evengoed van toepassing op de voorstelling zelf.


© Frits van der Waa 2006