de Volkskrant van 20-09-2003, Pagina 7, Kunst, Recensie
Blomstedt: recht voor zijn raap en te eenvormig
Beethoven en Tsjaikovski, door het Koninklijk Concertgebouworkest o.l.v. Herbert Blomstedt. 18 september, Concertgebouw, Amsterdam. Radio 4: 19/9, 14.00 uur.
Dat de grote symfonische traditie in ere gehouden moet worden, lijdt geen twijfel, al was het alleen maar om opvoedkundige redenen. In een zaal met concertpubliek zullen er immers altijd mensen zijn voor wie dat de eerste kennismaking met de oude meesters betekent. Zo bracht het Koninklijk Concertgebouworkest deze week een programma met twee Vierde Symfonieën, die van Beethoven en die van Tsjaikovski. De uitvoeringen werden geleid door een andere oude meester, de Zweed Herbert Blomstedt.
De 76-jarige Blomstedt heeft een fraaie staat van dienst, maar het is vooral zijn huidige functie die het optreden saillant maakte. Hij is namelijk chef-dirigent van het Gewandhausorchester in Leipzig, waar hij het komend seizoen opgevolgd zal worden door Riccardo Chailly, die nu nog de baas is van het KCO.
In vergelijking met de flamboyante Chailly is Blomstedt een opmerkelijk prozaïsche figuur, die Beethoven en Tsjaikovski neerzet alsof het tassen met boodschappen zijn. Beethovens Vierde kwam er nog het best af, met een grote nadruk op de tegenstellingen tussen milde en krachtdadige passages, maar dat kon niet beletten dat er een zekere eenvormigheid op de loer lag.
Een klankpoetser is Blomstedt zeker niet, en dat brak hem op in de Vierde van Tsjaikovski. Alleen in de pizzicato-passages van het derde deel klonk een zekere elegantie en lichtvoetigheid door. Verder overheersen bij Blomstedt discipline en nuchterheid: alles staat netjes onder elkaar, hard is hard en zacht is zacht, kortom: het deugt wel, maar tegelijkertijd is zijn benadering te recht-voor-zijn-raap om te kunnen bekoren.
Eén ding is zeker: in Leipzig gaan ze volgend jaar wat beleven.
© Frits van der Waa 2006
