de Volkskrant van 05-04-2004, Pagina 12, Kunst, Recensie
Bevlogen RPhO speelt Adams voor weinig publiek
John Adams: an American Original. Het Rotterdams Philharmonisch Orkest o.l.v. Osmo Vänskä. 1 en 2 april, De Doelen, Rotterdam.
Waar was John Adams gebleven? Niet alleen was de meest succesvolle Amerikaanse componist van dit moment lijfelijk afwezig tijdens het festival dat het Rotterdams Philharmonisch Orkest aan zijn werk wijdde: tijdens de Nederlandse première van zijn vorig jaar gecomponeerde My Father Knew Charles Ives leek hij ook in spirituele zin verdwenen.
Adams, die zijn muziek als geen ander van kleur kan laten verschieten, voert die kameleontische eigenschap in dit werk zo ver door dat de muziek, zeker in de eerste twee delen, eerder uit de pen van zijn grote voorganger Charles Ives lijkt te zijn gevloeid. Het werk opent met mistige akkoorden en een trompetsolo die onmiskenbaar gebaseerd is op Ives' The Unanswered Question, en ontwikkelt zich dan geleidelijk tot een spetterende kakofonie, waarin het orkest marsen en hymnes door elkaar speelt.
Ook in het tweede deel, waarin zoemende tremoli, een huilende hobo, een verwaaid ballroom-muziekje en ver klokgebeier dooreenwemelen, is Adams' muzikale signatuur hooguit te herkennen in de briljante orkestratie. Pas in het derde deel toont hij weer zijn eigen gezicht, met meer pulserende, herhaalde ritmes - al blijft de harmonie dikwijls dubbelzinnig.
Niet dat My Father Knew Charles Ives geen bijzonder stuk is - al was het alleen maar doordat de nu 57-jarige componist laat horen dat hij nog altijd bereid is nieuwe wegen in te slaan. In eerdere werken zette hij zonder blikken of blozen materiaal van collega's als Steve Reich, Igor Stravinsky en Gustav Mahler naar zijn hand. Maar misschien was Ives, de aartsvader van de Amerikaanse muziek, een maatje te groot voor hem.
Getuige de magere zaalbezetting hebben concertgangers in Rotterdam weinig op met hedendaagse muziek. Toch speelde het RPhO zich twee avonden achtereen het vuur uit de sloffen onder de onverwacht bevlogen leiding van de Finse dirigent Osmo Vänskä. Shaker Loops, het stuk waarmee Adams in 1978 zijn doorbraak maakte, had weliswaar strakker en zuiverder gekund, maar de overige uitvoeringen deden zijn intenties alle eer aan. Ze demonstreerden bovendien welke indrukwekkende ontwikkeling hij sinds dat eerste minimalistische stuk heeft doorgemaakt.
Adams is een componist die zijn muziek van meet af aan een emotionele, ja zelfs extatische lading heeft willen geven. Daarin gaat hij soms heel ver, zoals in het bombastische, maar bij vlagen banale Grand Pianola Music, dat aan het slot alleen maar over verpakking lijkt te gaan. Maar een stuk als Short Ride in a Fast Machine bevat geen noot te veel, al passeren ze in luttele minuten bij tienduizenden.
Hoogtepunt van het programma was het klarinetconcert Gnarly Buttons uit 1996, met de adembenemende Michael Collins in de hoofdrol, waarin Adams al zijn kunsten samenbalt en zijn gehoor na het schijnbaar simpele begin meesleurt langs een achtbaan vol botsende ritmes, bluesy wendingen en gapende harmonische afgronden. Alleen al op grond van dit stuk, waarin gevoel en verstand volmaakt in evenwicht zijn, zou Adams beschouwd kunnen worden als de Mozart van de twintigste eeuw.
© Frits van der Waa 2006