de Volkskrant van 08-04-2004, Pagina K23, Kunst katern, Recensie
Literatuur verklankt
Klaas de Vries - A King, Riding. Asko en Schönberg Ensemble o.l.v. Reinbert de Leeuw. Composers' Voice.
Het 'scenisch oratorium' A King, Riding van Klaas de Vries beleefde al in 1996 zijn première, tijdens het Holland Festival. Vijf jaar later werd het stuk nog eens concertant opgevoerd, en de bij die gelegenheid gemaakte opnames zijn nu, na nog eens drie jaar, op cd verschenen. De 59-jarige De Vries is onderwijl als componist een stuk verder in zijn evolutie. Zo heeft hij zijn verkenningen op het gebied van de live-elektronica, waar hij in A King, Riding een eerste begin mee maakte, aanmerkelijk uitgediept, zoals in oktober bleek bij de presentatie van zijn stuk Ghaf.
De Vries' belangstelling voor literatuur manifesteert zich duidelijk in A King, Riding, dat gebaseerd is op The Waves van Virginia Woolf en drie gedichten van Fernando Pessoa. Vooral de muzikale structuur van Woolfs werk bracht hem ertoe het van een muzikale pendant te voorzien. De zeven personages gaan elk vergezeld van een instrumentale solist - strijkers voor de vrouwen, blazers voor de mannen. Eén van hen, Perceval, is de grote afwezige: bij de enscenering werd hij uitgebeeld door een danser, de luisteraar moet het doen met het schitterende trompetspel van André Heuvelman.
Handeling of verhaal zijn in Woolfs werk ondergeschikt aan stemmingen en evocaties, en dat is in De Vries' muziek niet anders. A King, Riding heeft een lengte van zeven kwartier, maar het duurt een half uur voor de zangers echt aan bod komen, en bovendien zijn er veel scènes waarin hun teksten door elkaar gevlochten zijn. Echt wijzer word je niet van zulke door en langs elkaar heen orerende figuren, maar dankzij De Vries' indringend muzikaal betoog, waarin fantasie wordt beteugeld door een sterk vormbesef, heeft dit werk toch veel te bieden - van ijle, uitgesponnen klanken tot bitse, opwindende erupties. De dertien vocale en instrumentale solisten krijgen een stevige ondersteuning van het Asko-en Schönberg Ensemble onder Reinbert de Leeuw.
Kees Tazelaar - Electronic Compositions. Near.
Elektronica is nauwelijks meer weg te denken uit de hedendaagse muziek, maar tegelijkertijd zijn componisten die zich louter op de elektronische klank richten hoe langer hoe meer een zeldzaamheid. Kees Tazelaar (1962) is zo'n componist. De vier werken op deze cd getuigen van de ontwikkeling die hij in tien jaar tijd heeft doorgemaakt, waarbij hij telkens nieuwe grenslijnen heeft overschreden, maar zich vanaf het begin manifesteert als een man van de grote vorm. De getijdenbewegingen van zijn Paradigma uit 1993 contrasteren sterk met het drama en de vernevelende klanken van zijn E pur si muove uit 2001, maar toch is dezelfde ordenende hand steeds herkenbaar. Tazelaar is een componist met een sterk historisch besef: zijn Depths of Fields no.3 is niets meer of minder dan een reeks variaties op een thema - in output dit geval van een computerprogramma van elektronica-nestor Gottfried Michael Koenig. Je moet even een paar andere oren opzetten, maar dan is de fijnzinnige veelstemmigheid van deze muziek onontkoombaar.
Rudolf Escher - Chamber Music 1. Diverse musici. Ottavo.
Voor de in 1980 overleden Rudolf Escher bleef het componeren altoos een zoektocht naar perfectie, wat doorklinkt in zijn hele oeuvre, en dus ook op de eerste cd die het label Ottavo aan zijn kamermuziek gewijd heeft - na eerdere releases met piano- en vocale muziek.
Escher was inderdaad eerder een meester in zijn vak dan een genie, wat zijn hang naar zelfkritiek verklaart. Toch is het vreemd dat hij zijn Sonata per violino e pianoforte ooit verworpen heeft: dan was zijn insipide fluitstuk Air pour charmer un lézard - ook op deze cd opgenomen - een betere kandidaat. Het Trio à Cordes en het Trio d'Anches blijven hoekstenen van zijn werk, en ook van deze fraaie bloemlezing, met hun in elkaar grijpende en toch onafhankelijke melodielijnen, zoekend, maar toch altijd klankrijk en expressief. De uitvoeringen, verzorgd door een keur aan Nederlandse musici, zijn nagenoeg perfect.
© Frits van der Waa 2006