de Volkskrant van 15-06-2004, Pagina 19, Kunst, Recensie
Jeths ontsnapt aan de zwaartekracht
Jeths, Beethoven en Haydn, door Het Gelders Orkest o.l.v. Bernhard Klee. 12 juni, De Vereeniging, Nijmegen.
Dat de concertzaal van de Nijmeegse Vereeniging een schrikbarend lege aanblik bood, pakte in elk geval voor de muziek niet verkeerd uit. De akoestiek kreeg er een ongewone brille door en Het Gelders Orkest profiteerde.
Dat gold vooral voor Seanchai, an afterimage, het nieuwe orkestwerk van Willem Jeths, die dit seizoen composer-in-residence is bij het orkest. De 44-jarige Jeths streeft er in al zijn werk naar het kleurenspectrum van het traditionele instrumentarium uit te breiden en te verrijken. In Seanchai doet hij dat onder andere met microtonen, bijzondere grepen voor de blazers, en het meest opvallend twee koebellen die een halve toon verschillen en na het aanslaan worden rondgezwaaid, zodat er nog meer zwevingen aan de klank worden toegevoegd. Die twee tonen (b en c) lopen als een rode draad door het werk.
Jeths heeft er tevens 'nabeelden' van vermaarde muziek uit het verleden in verwerkt. Het gaat dan niet om letterlijke citaten, maar om reminiscenties aan cruciale momenten uit het liefdesduet uit Wagners Tristan, Messiaens Turangalîla-symfonie, en de Drei Orchesterstücke van Alban Berg.
Dan is er ook nog de titel Seanchai, de Keltische benaming voor Ierse dorpsoudsten. Jeths verwijst hiermee naar hun gewoonte om al vertellend van het ene verhaal naar het andere te springen, een principe dat hem bij het componeren van deze muziek tot voorbeeld heeft gediend.
Dat alles is wat veel voor een orkestwerk van twaalf minuten, en het is ook niet allemaal direct waarneembaar, maar het levert wel spannende muziek op ook al leidt het voortdurend terugkeren naar de tweetonige spil op enkele momenten tot een zekere eentonigheid. Het middendeel van Seanchai is het meest opwindend, met tegendraadse bastonen en hysterisch kloppende ritmes, afgewisseld met zacht pulserende klankvelden en eigenaardige verkleuringen. Jeths verstaat de kunst om lang doorklinkende tonen in zijn muziek te verwerken zonder dat daarmee de harmonie wordt vastgenageld. Zelfs aan het slot, wanneer de orkestklank vrijwel totaal wordt ontmanteld, doet de muziek zwaartekrachtloos aan.
In de overige onderdelen van het programma lieten Het Gelders Orkest en dirigent Bernhard Klee horen dat ze ook met Beethoven en Haydn veelkleurige resultaten kunnen bereiken. Stephen Kovacevich vertolkte de solopartij van Beethovens Vierde pianoconcert glashelder en met een aangenaam gebrek aan opzichtigheid, en Haydns Symfonie no. 102 beleefde een even uitbundige als uitgebalanceerde uitvoering.
© Frits van der Waa 2006