de Volkskrant van 23-09-2004, Pagina K19, Kunst katern, Recensie
Gouden handen
Ton Bruynèl: Looking Ears Complete (6 cd's). Near.
Een goede werkomgeving was voor componist Ton Bruynèl een eerste vereiste. 'Ik wil net als een schilder of een beeldhouwer mijn eigen atelier hebben', zei hij ooit. Bruynel was niet alleen een van de pioniers van de Nederlandse elektronische muziek, maar ook de eerste die in 1959 een eigen studio inrichtte. Zijn zoektocht naar de juiste omgeving leidde hem later in zijn leven zelfs naar Spanje en Frankrijk, waar hij op 5 mei 1998 overleed, 64 jaar oud.
Het label BVHaast begon in de jaren negentig met het uitbrengen van Bruynèls werk op cd. Dat project is intussen overgenomen door het Nederlands Elektro-Akoestisch Repertoirecentrum (NEAR) en is nu bekroond met Looking Ears Complete, een box met zes cd's die nagenoeg Bruynèls volledige werken omvat.
Waar het over muziek op tape ging, werd Bruynèl door collega's wel omschreven als 'de man met de gouden handen'. Zijn muziek, die vrijwel altijd geschreven is voor een combinatie van elektronica en instrumenten, is van een orentintelende schittering.
Zijn liefde voor de natuur keert in talloze composities terug, die met hun verglijdende lagen dikwijls het beeld oproepen van een camera die met een langzame pan-beweging het landschap aftast. Titels als Brouillard, Rain, en Listening Landscape zijn even goed gekozen als veelzeggend. Maar Bruynèl had ook gevoel voor theater (én humor), wat vooral in zijn vocale werken tot uiting komt.
Deze getuigenis van een bijna 40-jarige creatieve carrière is een schitterende uitgave. Het begeleidende boekje bevat een uitstekende biografische schets van de hand van Thea Derks, en is verder zo min mogelijk belast met informatie. Die is namelijk te vinden op het cd-rom-gedeelte van cd 1, waar niet alleen de gebruikte teksten, een werkenlijst, essays, toelichtingen en foto's te vinden zijn. Zelfs een aantal partituren ontbreekt niet - al kan dat de doorsnee-gebruiker makkelijk ontgaan, omdat ze in een apart digitaal mapje zitten.
Roderik de Man: Touch-and-Go. Moscow Contemporary Music Ensemble o.l.v. Alexei Vinogradov. Composers' Voice.
Ook Roderik de Man (1941) heeft een duidelijke voorkeur voor de combinatie van live spelende musici en elektronische klanken, maar zijn muziek is uitgespaarder en contrastrijker dan die van Bruynèl. Opmerkelijk aan de cd Touch-and-go is allereerst dat alle stukken worden uitgevoerd door een ensemble uit Rusland, waar De Mans werk blijkbaar aardig voet aan de grond heeft gekregen.
Drie van de zes composities zijn louter instrumentaal en daarin is te horen dat De Man zich ook zonder behulp van elektronica uitstekend weet te redden. Vooral het strijkkwartet Miden Agan is een fraai stuk, waarin met een uiterst economisch gebruik van muzikale gegevens toch een voortdurende spanning wordt volgehouden. Desondanks is een stuk als Auxochromes, waarin de elektronica fungeert als een waar verlengstuk van de piano, nog verleidelijker. Het Moscow Contemporary Music Ensemble levert uitstekende uitvoeringen en fel spel.
Dolcissimo sospiro: werk van Caccini, Merula, D'India, Merula en Ford. Tone Wik. 2L.
Niet alleen in Rusland, maar ook in Noorwegen bestaat belangstelling voor Nederlandse componisten, getuige de cd Dolcissimo sospiro waarop de Noorse sopraan Tone Wik een aantal composities uit omstreeks 1600 combineert met een liedcyclus van Ron Ford. De verbindende factor, afgezien van de gebruikte barokinstrumenten, wordt gevormd door de teksten van de dichter Ottavio Rinuccini (1562-1621), die zich door hun originaliteit sterk onderscheiden van de meeste poëzie uit die tijd.
Fords zevendelige werk is karig met noten en bijna voortdurend traag van tempo, en steekt daardoor een beetje vaal af tegen de souplesse en de rijke fantasie die er vooral in het werk van Tarquinio Merula vanaf spatten. Maar toch is de cd van begin tot eind een lust voor het oor, want Tone Wik heeft een stem om voor weg te smelten.
© Frits van der Waa 2006