de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 18 april 2005 (pagina 10)
Pianopoëet Sun wint mat Lisztconcours
Finale 7de Internationaal Franz Liszt Pianoconcours. 16 april, Muziekcentrum Vredenburg, Utrecht.
Nederland 3: 18/4, 23.50 uur.
Een dichter en een redenaar traden tegen elkaar in het krijt bij het slotconcert van het
Internationaal Franz Liszt Pianoconcours. De derde finalist, de 19-jarige Christiaan Kuyvenhoven
uit Enschede, oogstte dan wel veel chauvinistische bravo's, maar dat hij het niet zou redden
tegen de Chinees Sun Yingdi (24) en de Rus Anton Salnikov (25) was al heel snel duidelijk. Sun,
de pianopoëet, won het met weinig meer dan een toetslengte verschil van de retoricus
Salnikov, die als troost voor zijn tweede plaats nog wel de publieksprijs binnenhaalde.
Sun krijgt het druk hij zal amper tijd hebben om het prijzengeld, een bedrag van 20
duizend euro, uit te geven. Alleen al dit jaar staan hem zo'n veertig concertengagementen,
benevens een aantal cd-opnamen te wachten. Zelfs voor het besproeien van de overwinning zal
nauwelijks gelegenheid geweest zijn: nog geen negen uur later diende de winnaar al fris en
vrolijk in het Concertgebouw aanwezig te zijn voor de microfoonrepetitie van het Zondagochtendconcert.
Juryvoorzitter Albert van den Heuvel stelde er zeker van te zijn dat voor de drie finalisten
een indrukwekkende carrière in het verschiet ligt. Of de aanwezige talent scouts
die mening delen is zeer de vraag. Het is al tekenend voor het niveau van Liszt Zeven dat een
pianist als Kuyvenhoven, die als podiumpersoonlijkheid amper droog is achter zijn oren,
vijfenveertig concurrenten achter zich liet. En Sun en Salnikov mogen dan wel een goede
Liszt in de vingers hebben, ze zijn toch niet uit hetzelfde hout gesneden als Enrico Pace
of Igor Roma, de winnaars van respectievelijk 1989 en 1996.
Drie maal kreeg het in Muziekcentrum Vredenburg verzamelde publiek het Eerste
Pianoconcert en de Hongaarse Rapsodie no. 2 te horen. Dat lag in elk geval minder
zwaar op de maag dan de ongebreidelde praatjes van spreekstalmeester Joop van Zijl, die de
slagvaardigheid miste om de te vroege opkomst van Kuyvenhoven op te vangen. Het kwam de
bestendigheid van diens optreden niet ten goede. Zijn techniek is uitstekend, maar zijn spel
wat schools, en vooral het ingetogen gedeelte van het pianoconcert klonk erg vlak. De
rapsodie kwam beter uit de verf, en uit de naar eigen inzicht in te richten cadens
sprak een avontuurlijke geest.
Winnaar Sun toonde zich in beide werken de meest bevlogen muzikant. Kleur en elegantie
kenmerken zijn voordracht. Zijn arpeggio's klinken als opwaaiende wolkjes, waarin toch alle
dampdruppeltjes afzonderlijk schitteren. In de rapsodie legde hij het vuur van een
czardas-danser, en haalde hij bovendien de modernistische aspecten van Liszts muziek
naar voren.
Anton Salnikovs overredingskracht steunt voornamelijk op pianistisch bravoure en
aangescherpte dynamische contrasten. De dialoog met het Radio Symfonie Orkest en
dirigent Jean-Bernard Pommier ging hem dan ook goed af, maar in de puur solistische
rapsodie bleek zijn vuurwerk aan de kille kant. Salnikovs kapper had ten slotte een
bekroning verdiend voor het creëren van de beste Liszt-lookalike.
© Frits van der Waa 2006