de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 30 april 2005 (pagina 13)
Wagners griezelfabel ongekend overtuigend
Das Rheingold, van Richard Wagner, door de Nederlandse Opera o.l.v. Pierre Audi en Hartmut Haenchen. 28 april, Het Muziektheater, Amsterdam. Herhaling: 2, 5, 8, 11, 15 en 18/5.
Na reprises van Die Walküre, Siegfried en Götterdämmerung is
bij de Nederlandse Opera nu Das Rheingold aan de beurt. Dat lijkt vreemd, want dit is nu
juist de proloog van Richard Wagners grote operavierluik Der Ring des Nibelungen het
verhaal waarin de wortels worden getoond van alle narigheid die oppergod Wotan en zijn familiebedrijf
hebben met de behekste ring.
Dat Das Rheingold nu als laatste wordt opgevoerd heeft een praktische reden: het is in
technisch opzicht het meest gecompliceerd. Met het oog op de drie integrale Ring-opvoeringen
van komende september is het raadzaam als de crew juist dit stuk nog vers in het geheugen
heeft. Wel, dat zal na het incident tijdens de première van donderdag zeker gaan lukken:
halverwege kraakte er opzij van het toneel iets en stokte een van de twee kolossale optakelbare
vloerdelen waarop Pierre Audi's enscenering zich afspeelt. Het duurde een uurtje voor Wotan en
Loge hun afdaling naar Nibelheim konden hervatten.
Het siert de zangersploeg en bovenal dirigent Hartmut Haenchen en het Nederlands Philharmonisch
Orkest dat spanning en concentratie bleven zinderen. Nu hielp het overweldigende toneelbeeld
van George Tsypin daarbij zeker een handje: dankzij zelfsturende mijnwagentjes waaruit
vlammen oplaaien en een Nibelungenvolk dat panisch ronddribbelt als beroete Teletubbies.
Wagners griezelfabel kreeg ongekende overtuigingskracht.
Vergeleken met de pijnlijk-humane gnoom die Henk Smit in een eerdere voorstellingsreeks
neerzette, ziet de Alberich van Werner van Mechelen er vooral uit als een operazanger met
knobbels op zijn kop. Von Kannen zingt fraai, maar is minder overtuigend dan de Britse tenor
Graham Clark bij wie de rol van het Nibelungenbroertje Mime in uitstekende grijphandjes is.
Te midden van de hele godenschaar, het als Hulk uitgedoste reuzenpaar en het zinnenstrelende
Rijndochterstrio zijn het vooral Albert Dohmen en Chris Merritt die op de voorgrond treden als
Wotan en Loge. Dohmen moet er even inkomen, en er zijn leniger Loges denkbaar, maar in zijn
jacht op het Rijngoud is het koppel even overtuigend als George W. Bush en Donald Rumsfeld ('Van
hun juk bevrijden wij het Nevelingenvolk!') - wat uiteraard helemaal de bedoeling is.
© Frits van der Waa 2006