Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 5 september 2005 (pagina 11)

Omroepmusici bewijzen hun niveau

Radio Filharmonisch en Omroepkoor o.l.v. Jaap van Zweden. Concertgebouw Amsterdam (3/9). Radio 4: 6/1.
Radio Kamer Filharmonie o.l.v. Jan Willem de Vriend. Amsterdam (4/9).

Bij de eerste editie van de Zaterdagmatinee 2005-2006 trad het Radio Filharmonisch Orkest aan in een nieuwe gedaante, na de beproevingen die het gevolg zijn geweest van een opgelegd samengaan met het Radio Symfonie- en het Radio Kamerorkest. De andere helft van het reservoir zat daags daarop in het Concertgebouw onder de naam Radio Kamer Filharmonie.

Door de wildkap onder de omroepmusici zijn er dit seizoen ook minder concerten in de Zaterdagmatinee. Als om dat te compenseren pakte het Radio Filharmonisch grootschalig uit met Das klagende Lied, de eersteling van Gustav Mahler. Het was tegelijk het debuut van Jaap van Zweden als chef van het nieuwe omroeporkesten-apparaat. Mahlers uit de kluiten gewassen sprookjeszang bleek een kolfje naar zijn hand. Natuurtaferelen, verre orkesten in een afwijkende toonsoort, plotseling opdoemende dissonanten die toch netjes invoegen, het was er allemaal. De vier solisten hielden zich in het vocaal-orkestrale geweld goed staande (niet letterlijk: de grote sopraan Alessandra Marc heeft een dusdanige omvang bereikt dat ze na elke frase moest zitten). Twee jongetjes uit het Tölzer Knabenchor maakten de blits in de rol van zingende knokenfluit.

In Berio's laatste werk Stanze werd de bariton Andreas Schmidt geflankeerd door een driedelig mannenkoor. In dit losjes samenhangende vijfluik demonstreerde Van Zweden dat hij niet alleen bedreven is met de karwats, maar ook met het waterverfpenseel.

Dat een fusie voor musici van niveau geen onoverkomelijke problemen hoeft op te leveren was ook te horen bij de Radio Kamer Filharmonie. De brede toonvorming van de vroegere Radio-symfonici en het filigraanwerk van het voormalige kamerorkest vonden samenhang onder dirigent Jan Willem de Vriend. De stuwkracht die hij in Mendelssohns Vioolconcert legde was verfrissend, al leek solist Daniel Hope er even door van de wijs. De Vriend, net als Van Zweden zelf violist, herstelde de aansluiting snel, waarna hij aantoonde dat ook Schubert wel degelijk beschikt over biceps. Zijn lezing van de Unvollendete had de verwachtingsvolle dramatiek van een opera-ouverture.


© Frits van der Waa 2006