de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 22 juni 2006 (pagina 17)
Sakamoto dieptepunt van Holland Festival
Ryuichi Sakamoto en Alva Noto. 20 juni, Muziekgebouw, Amsterdam.
De jaargang 2006 van het Holland Festival lijkt er een van extremen te
worden. Op schitterende voorstellingen als After Life en Lady Macbeth
van Mtsensk volgden teleurstellingen als Peter Eötvös' opera Angels in
America en het Mozartgemangel van jazzpianist Uri Caine. Het optreden
van Ryuichi Sakamoto, dinsdag, was een nieuw dieptepunt.
Sakamoto is bekend geworden als muzikant in het Yellow Magic Orchestra,
en als componist van filmmuziek en ringtones. Sinds enkele jaren werkt hij
samen met de Duitse multimedialist Carsten Nicolai, die zich liever
geafficheerd ziet onder het pseudoniem alva noto. De twee bedienden zich
bij hun optreden in het Muziekgebouw van een concertvleugel, twee Apple-laptops
en een kamerbreed, uit LED-lampjes opgebouwd scherm.
De anderhalf uur durende sessie 'electro-therapy' die hiervan het gevolg
was had zelfs nog misstaan in het programma Kleutertje luister. De
priesterlijke gebaren waarmee de grijsharige Sakamoto in de snaren
harkte en de toetsen bepingelde stonden in schril contrast met de
muzikale armoede van de suddermuziek. Inhoudsloosheid is ook in de
kunstmuziek niet nieuw: Erik Satie, John Cage en Brian Eno gingen
Sakamoto voor, maar die brachten het tenminste nog met raffinement.
Alle technische snufjes en steunkleurtjes ten spijt ontstijgen de
verrichtingen van het duo geen moment aan het niveau van pretentieuze
huisvlijt. De eerste de beste screensaver is visueel interessanter dan
de pulserende bolletjes en streepjescodes die noto op het beeldscherm
tovert.
Het ergste is dat er voor hem blijkbaar geen andere muzikale
structuurmiddelen bestaan dan voortdurend aangehouden tonen met een
akelige feedback-klankkwaliteit en een mechanische, in subsonische
pulsen neergelegde vierkwartsmaat. En zelfs die leek voor de pianist
soms wat moeilijk te volgen.
De naam van Sakamoto is blijkbaar goed voor een volle zaal en
een dankbaar publiek. Maar dat mag voor een organisatie met een staat
van dienst als het Holland Festival geen reden zijn om gebakken lucht
te gaan verkopen.
© Frits van der Waa 2006