de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 12 januari 2007 (pagina 14)
Sopranen op de top van hun kunnen in grandioos koorwerk
Messiaen, Martin en Poulenc door Cappella Amsterdam o.l.v. Daniel Reuss. Muziekgebouw, Amsterdam, 9
januari. Herhaling: Utrecht, 12/1.
Voor het scheppen van grandioze muziek is een wereldbrand geen voorwaarde, maar het helpt wel. Dat is te
horen in het jongste programma van Cappella Amsterdam, waarin Poulencs koorwerk Figure Humaine uit
1943 het substantieelste onderdeel is, ook al duurt het amper twintig minuten. Op acht prangende teksten
van Paul Éluard schreef Poulenc een even gevarieerd als navrant en hoopgevend werk voor twee
zesstemmige koren, dat besluit met een litanie-achtige aanroep van de Vrede.
Met de Mis van Frank Martin en O Sacrum Convivium van Olivier Messiaen is het een bondige,
maar veeleisende bloemlezing uit het Franse repertoire (als we de Zwitser Martin daar gemakshalve bij
rekenen). Cappella Amsterdam heeft zich ontwikkeld tot een evenknie van het Nederlands Kamerkoor. De twee
ensembles zouden elkaar nog wel eens voor de voeten kunnen gaan lopen, gezien het beperkte publiek voor
het soort muziek dat zij bij voorkeur brengen.
De zaal van het Muziekgebouw was desondanks goedgevuld. Messiaens bescheiden lofzang op de eucharistie
bood veel honingzoete septiem-akkoorden, waarna Martins ingetogen Mis in een gedurige afwisseling
van texturen in een wat nuchterder toontaal liet horen dat er ook in een minder middelpuntvliedend idioom
nog altijd fantastische klankcombinaties zijn te verzinnen. In de slotnoot van Poulencs cyclus reikten de
sopranen van Cappella tot aan de toppen van hun kunnen.
© Frits van der Waa 2007