de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 15 januari 2007 (pagina 10)
Jurowski realiseert warme, stuwende orkestrale structuren
Britten en Mahler door het Rotterdams Philharmonisch Orkest o.l.v. Vladimir Jurowski. 12 januari,
De Doelen, Rotterdam.
Voor het Rotterdams Philharmonisch Orkest de Canadees Yannick Nézet-Séguin tot
chef-dirigent heeft verkozen, zal het waarschijnlijk ook voorzichtige aanzoeken hebben gericht aan
Vladimir Jurowski, de 34-jarige Rus die al een paar succesvol met het orkest heeft opgetreden. Maar
Jurowski treedt komend seizoen aan als chef van het London Philharmonic, dus zal hij de Rotterdamse
avances vriendelijk hebben afgewimpeld.
Wel stond hij afgelopen weekeind opnieuw drie maal voor het orkest, met een prachtprogramma: Mahlers
debuutcompositie Das klagende Lied, voorafgegaan door de Sinfonia da Requiem van Benjamin
Britten. In dat werk is goed te horen dat Britten een fervent Mahler-fan was – bijvoorbeeld in de
morose blazersduetten die volgen op de grote climax, en dan overgaan in een quasi-onschuldig wijsje.
Jurowski verdeelt de tijd als met een scalpel in keurige mootjes, maar realiseert desondanks orkestrale
texturen met warmte, innerlijk leven en grote stuwkracht. In Mahlers omvangrijke spooksprookje kwam zijn
opera-ervaring hem goed van pas bij het aansturen van het Brabant Koor, een gesmoord klinkend
Fernorchester en de vier solisten. De contrastwerking tussen wrangzoete strijkers en snerpende
koperaccenten getuigden van zijn scherpe oor voor de ambiguïteit in Mahlers stukken.
© Frits van der Waa 2007
