Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

Niet geplaatst artikel voor de Volkskrant, 17 september 2007

 

Kreizberg te land en ter zee

Debussy en Beethoven door het Nederlands Philharmonisch Orkest o.l.v. Yakov Kreizberg. 16 september, Concertgebouw, Amsterdam. Herhaling: 18/9, Amsterdam.

Vooral niet te veel griezelige dingen, dat is bij het Nederlands Philharmonisch Orkest sedert een jaar of wat de leidraad in de programmering. Ook chef-dirigent Yakov Kreizberg houdt het dit seizoen bescheiden, met korte uitstapjes naar Berg en Schönberg, en in het waarlijk grootschalige genre slechts één Mahler-symfonie. Zijn aandacht gaat veeleer uit naar zijn cyclus met symfonieën van Beethoven – ook geen kleinschalige componist trouwens.

Het NedPhO opende zijn seizoen dit weekeinde met een eigenlijk voor de hand liggende, maar zelden gemaakte combinatie: Beethovens Zesde Symfonie, de 'Pastorale' voorafgegaan door La Mer van Debussy. Als het orkest nog Tsjaikovski's ouverture The Tempest erbij had gedaan had het programma gelanceerd kunnen worden als Te land, ter zee en in de lucht.

Boeiend was het niettemin, de confrontatie van twee werken die zo dubbelzinnig balanceren tussen abstracte muzikale waarden en tot klank geworden natuurimpressie. Beethoven was in zekere zin de wegbereider, met zijn evocatie van het leven op het platteland – die toch voor een zeer groot deel zijn weerslag vindt in rustgevende dan wel opgetogen dansante melodieën, en pas bij in partituur gezette vogeltjes of donderslagen nadrukkelijk omklapt naar nabootsingen van de natuur. Debussy's La Mer is minder een schildering dan een metafoor, al klinkt in alle drie delen een voortdurende golfslag door.

Kreizberg bracht dat alles schitterend tot klinken, met een scherp oor voor de vele tintwisselingen en -lagen in Debussy, en met een stevige greep op balans en structuur in de 'Pastorale'. Maar het meest opvallend is wel wat een verbazend goed orkest het Nederlands Philharmonisch onder zijn leiding geworden is, met prachtig slanke houtblazers, robuust koper en glanzende strijkers. Op zo'n manier wordt zelfs risicoloos repertoire toch weer avontuurlijk.


© Frits van der Waa 2007