de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 22 juni 2009
Componist Pascal Dusapin maakt Babylonisch klankstuk
Dusapin, Dowland, Janssen en Vleggaar, door de Radio Kamer Filharmonie en Cappella Amsterdam o.l.v.
Pascal Rophé. 19 juni, Muziekgebouw, Amsterdam.
Dusapin., Donatoni, Xenakis, door Klaas Hoek, Particella e.a. 21 juni, Orgelpark, Amsterdam.
Zwartgalligheid is niet direct een onderwerp dat je met muziek associeert. Noem het melancholie, wat
precies hetzelfde betekent, en er gaan veel belletjes rinkelen. Want de droeve klank is van alle tijden.
Dat demonstreerde de Radio Kamer Filharmonie vrijdag in een aan dit onderwerp gewijd concert. De
Nederlanders Guus Janssen en Giel Vleggaar vermeiden zich met de weemoedige renaissance-componist Dowland.
Jansen plaatste in drie bewerkingen Dowlands noten uit het gelid als in een schuifpuzzel. De triestigheid
bleef intact. Vleggaar ging in Ayre of Solace aan de haal met de kenmerkende dalende lijnen van
Dowland, hetgeen in zijn handen toch tot een solide symfonisch en positief gestemd stuk leidde.
De eigenlijke hoofdpersoon in dit concert was de Fransman Pascal Dusapin (54), wiens werk in het Holland
Festival uitvoerig aan bod komt. In het indrukwekkende 'operatorium' La Melancholia uit 1991 heeft
hij een encyclopedische hoeveelheid teksten over mistroostigheid bijeengebracht, waaruit hij een
Babylonisch klankstuk heeft opgerakeld. Droefgeestig is het werk nauwelijks, wel erg donker, gargantuesk
en complex. Koor en solisten zingen zich de longen uit het lijf, nu eens in madrigalistische doorkijkjes,
dan weer in gescandeerde declamaties. Het geheel wordt echter nergens drabbig, en binnen de grote
klankvlakken en -velden tekent zich voortdurend beweging af.
Maar ook op kleine schaal en met beperkte middelen weet Dusapin te boeien. In zijn basklarinetsolo
Itou, die zondag klonk in het Orgelpark, maakt de muziek in minder dan tien minuten een boeiende
metamorfose door.
Echte melancholie deed opgeld in Ohé voor cello en klarinet, twee instrumenten die goed
samen klagen al kwam dat ook voor rekening van de gebruikte toonschaal die een klezmersmaakje
teweegbracht. Maar met Gmeeoorh, waarin Dusapins leermeester Xenakis de speeltafel van het orgel
verandert in een soort pilotencockpit tijdens een gevechtssituatie, was dat iets te goedkope aroma snel
vervluchtigd.
© Frits van der Waa 2009