Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 11 januari 2010

Robuust pianostuk uit '48 beleeft wereldpremière

Licht op De Leeuw, door René Eckhardt en Laurens College Rotterdam o.l.v. Wiecher Mandemaker. 9 januari, De Doelen en Laurenskerk, Rotterdam. Radio 4: 17/1 en 14/2, 20.00 uur.

Een componist heet voort te leven in zijn muziek – maar dan moet die muziek wel uitgevoerd worden. Rond de grote 20ste-eeuwse componist Ton de Leeuw (1926-1996) is het nooit helemaal stil geworden, maar toch leek de weerklank van zijn muziek zoetjes aan wat weg te sterven. Althans, tot het zaterdag in Rotterdam gehouden minifestival Licht op De Leeuw. Het evenement spitste zich toe op De Leeuws piano-oeuvre, waarvan een gedeelte nog nooit in druk was verschenen. Bij Muziekcentrum Nederland is drie jaar gewerkt aan een complete editie van dit pianowerk, dat nu bovendien door pianist René Eckhardt integraal op cd is gezet.

Maar dat was niet de enige muziek waarmee inzicht werd geboden in de indrukwekkende compositorische evolutie van De Leeuw, die model kan staan voor een halve eeuw muziekgeschiedenis. Uiteindelijk leidde zijn zoektocht naar spirituele waarden hem naar andere muziekculturen, met name die uit het Verre Oosten, en bereikte een synthese in zijn bezonken 'late' stijl, waarin cyclische patronen en 'modale' toonreeksen een belangrijke rol speelden.

Het kwam als een kleine openbaring hoe dicht De Leeuw in zijn vroege werk al de geest van zijn composities benadert. In de grote Tweede Pianosonate uit 1948, die hier onder handen van Eckhardt eveneens zijn wereldpremière beleefde, valt al het economisch gebruik van notenketens op, die als dna-moleculen rondspiralen, waaruit uiteindelijk structuren met een grote spanning en coherentie voortkomen. Het is een robuust stuk dat niet werkelijk modern meer klinkt, maar het verdient vaker gehoord te worden. Samen met het avant-gardistische, maar evenzeer bespiegelende Men go their ways uit de jaren '60 en Les adieux, De Leeuws klankrijke laatste pianocompositie, kan het gezien worden als een beknopte samenvatting van diens ontwikkeling.

Op het eerste gehoor valt het niet mee diezelfde vingerafdrukken terug te vinden in de soms wat stroeve elektronische muziek van De Leeuw, waaraan in De Doelen een afzonderlijk concert gewijd was. Het antwoord is waarschijnlijk dat hij zich vooral bezighield met abstracte grootheden als ordening, stemming en samenklank. Het ontbreekt in zijn muziek zeker niet aan gedifferentieerde kleuren en timbres, maar die waren voor hem met een synthesizer minder makkelijk te realiseren dan met vertrouwde muzikale middelen als een piano of een koor.

Dat hij op dat laatste gebied een expert was, demonstreerde het Laurens Collegium Rotterdam, terwijl organist Hayo Boerma liet horen dat De Leeuw op zijn tijd ook niet wars was van exuberantie.


© Frits van der Waa 2010