Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 25 mei 2010

Residentie Orkest telt nog mee

Britten, Dvorak en Beethoven, door het Residentie Orkest o.l.v. Lawrence Renes. 21 mei, Dr. Anton Philipszaal, Den Haag.

Een droomdebuut is mooi, maar het kan ook iets worden dat je eeuwig wordt nagedragen. Zo kwam de Nederlandse dirigent Lawrence Renes vijftien jaar geleden in één klap op de kaart te staan door op korte termijn in te springen bij het Koninklijk Concertgebouworkest.

Renes liet zich daardoor niet gek maken, maar toch is zijn ster nadien niet zo ver boven de horizon gerezen als het zich eerst liet aanzien. De inmiddels 40-jarige Renes was een poos chef-dirigent bij Het Gelders Orkest en de Bremer Philharmoniker, en heeft de laatste jaren een bloeiende freelancepraktijk, zodat hij nog maar zelden in Nederland te horen is.

Het afgelopen weekeinde was hij even terug bij het Residentie Orkest, dat hij al in 1993 als student dirigeerde. Het gezelschap liet in Brittens Four Sea Interludes meteen horen dat het nog meetelt. Felle en milde tinten wisselden elkaar af in de zeegezichten die Britten in klank omzette voor zijn opera Peter Grimes. Renes doseerde blijmoedigheid en onderhuidse dramatiek met vaste hand.

Het Vioolconcert van Dvorak overtuigde minder. Dat had te maken met de eenvormige en zelfs niet altijd zuivere toon van soliste Akiko Suwanai, maar ook met de wat hoekige begeleiding van het orkest. Alleen in de elegische, kamermuzikale passages werd de klank plooibaar en weelderig.

Beethovens Zevende Symfonie leek aanvankelijk ook erg keurig in de pas te blijven, maar allengs kwamen dirigent en orkest los en werd het een stuwende uitvoering. Toch lieten vooral de op volle kracht gespeelde passages te wensen over. In de dun bezette gedeelten, zoals de vertakkende meerstemmigheid in het tweede deel, verging het Renes beter.

Als Renes' neus voor de kamermuzikale aspecten van een partituur die kant uit blijft staan, belooft zijn directie van Janaceks Sluwe Vosje, komende januari bij De Nederlandse Opera, veel moois te zullen opleveren.


© Frits van der Waa 2010