Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 5 september 2011

Anachronistisch jubileumconcert

Van Delden, Nas, Bosmans en Van Gilse, door het Nederlands Philharmonisch Orkest o.l.v. Etienne Siebens. 3 september, Concertgebouw, Amsterdam. Radio 4: 6/9, 20.00 uur.

'Ik ben een dienaar van Allah. Hij heeft mij een boek gegeven en tot een profeet gemaakt.' De spreker was een rustige man in een net pak, waardoor zijn toespraakje, aan het begin van het concert, aandeed als een absurdistische act. Pas toen de orkestleden plots het podium afstroomden bleek dat zijn optreden geen deel uitmaakte van de feestelijkheden waarmee het Genootschap van Nederlandse Componisten (GeNeCo) zijn 100-jarige bestaan vierde. Dankzij de aanwezigheid van koningin Beatrix wist de man, die dit soort acties vaker schijnt uit te halen, zich verzekerd van veel media-aandacht.

Pas nadat hij met zachte dwang was afgevoerd kon het jubileumconcert een aanvang nemen. Daarbij was opnieuw een rol weggelegd voor de suppoosten. Tijdens een kort stuk van Mayke Nas met de opeens toepasselijke titel No reason to panic zagen ze hun vaste routine met de pianolift gepromoveerd tot mimische component van de muziek.

Met zijn eeuwfeest, dat niet beperkt blijft tot dit ene concert, kan het GeNeCo terugblikken op een verleden vol roemruchte en minder illustere wapenfeiten. De componistenvakbond stond aan de basis van de Buma/Stemra. Na de oorlog volgden de oprichting van muziekuitgeverij en promotie-instituut Donemus; in de jaren tachtig zorgde de instelling van het Fonds voor Scheppende Toonkunst voor grotere bestaanszekerheid. Daarmee beschikten de Nederlandse componisten over een net van ondersteunende instanties waar hun collega's elders niet van konden dromen – waarna de vereniging zich verloor in intern gesteggel over het beheer van deze voorzieningen. Die culmineerden in 1996 in een scheuring, waarbij een minderheid, die wel bestond uit de kopstukken van de Nederlandse toondichtkunst, uittrad en een eigen bond oprichtte, Componisten '96.

De breuk is tot op de dag van vandaag niet geheeld, wat verklaart dat er zaterdag weinig prominente componisten te bespeuren vielen in het Concertgebouw. Het verklaart misschien ook het zonderlinge besluit van de organisatie en het Nederlands Philharmonisch Orkest om een programma te brengen dat – met uitzondering van het stuk van Nas – ook een halve eeuw geleden, bij het 50-jarig bestaan had kunnen klinken.

Niet dat er iets mis was met Lex van Deldens Sinfonia nr. 3, Henriëtte Bosmans' Concertino of de Eerste Symfonie van GeNeCo-oprichter Jan van Gilse, respectievelijk uit 1955, 1928 en 1901. Het is verdienstelijke muziek, en het werk van Bosmans, met een puntige solopartij van Ralph van Raat, heeft zelfs internationale allure. De zwaar op Brahms leunende symfonie van de destijds 20-jarige Van Gilse is zeker interessant, hoewel wat topzwaar en blijkbaar erg moeilijk voor de hoorns. Met dat al vertoonde dit programma een lacune van een halve eeuw, die zijn pendant vindt in het gegeven dat er in het hier ten doop gehouden jubileumboek nergens goed wordt uitgelegd wat nu eigenlijk de functie van Donemus was.


© Frits van der Waa 2011