de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 23 januari 2012
Wende maakt tegenvallende Weill weer goed
Schulhoff, Weill en Tarenskeen door het Nederlands Kamerorkest o.l.v. Werner Herbers. 21 januari, Muziekgebouw, Amsterdam.
Een eeuw terug vonden er in de muziek omwentelingen plaats waarvan de echo's nog steeds niet verklonken zijn zoals te zien en te horen is op een paar grote Amsterdamse podia. Terwijl de Nederlandse Opera zijn laatste voorstellingen gaf van Stravinsky's De nachtegaal, begon zaterdag een gezamenlijk project van het Koninklijk Concertgebouworkest en het Nederlands Kamerorkest, 'Verwachting', zo genoemd naar Erwartung, een baanbrekend werk van Arnold Schönberg uit 1909.
Hoofdschotel vormen twee uitvoeringen van dit 'monodrama' later deze week door het Koninklijk Concertgebouworkest, in combinatie met een nieuw werk van Klaas de Vries, Providence. Maar de aftrap van het project werd zaterdag verricht in het Muziekgebouw, door het Kamerorkest en Wende Snijders, een zangeres van een niet bepaald Schönbergse signatuur.
Wende, die haar achternaam tegenwoordig liever achterwege laat, zorgde voor een zaal vol toehoorders. Een andere trekpleister was Kurt Weill, van wie de zangeres vier liederen ten gehore bracht. Weills stijl, zo tussen spreken en zingen in, blijkt haar goed te liggen, maar ze geeft de teksten niet de felheid die we van de meeste andere Weill-zangeressen gewend zijn. Haar articulatie laat te wensen over en hier en daar slikt ze zelfs stukken tekst in. Uiteindelijk was het Weills Amerikaanse liedje Lost in the stars, waarmee ze het meeste indruk maakte: ze zong het met een broos stemmetje, bijna als een slaapliedje, kwetsbaar en precair, maar daardoor des te spannender.
Dirigent Werner Herbers, die als leider van de Ebony Band gepokt en gemazeld is in dit repertoire, zorgde met het NKO voor een rijkgeschakeerde orkestbegeleiding. Minstens zo gepeperd was zijn vertolking van de brutale Suite op. 37, waarin Erwin Schulhoff anno 1920 vervreemdende kleuren en mixturen losliet op tango, wals en ragtime.
Wende maakte haar ietwat tegenvallende Weillvertolkingen na de pauze meer dan goed met haar hoofdrol in Erwartung, een nieuwe, naar het werk van Schönberg vernoemde en gemodelleerde compositie van Boudewijn Tarenskeen. De 59-jarige componist, die zijn sporen vooral verdiend heeft in de film- en theatermuziek, heeft zichzelf hiermee een pittige uitdaging gesteld, maar houdt het hoofd wonderwel boven water. Zijn werk duurt drie kwartier, en ademt een broeierige atmosfeer vol oververzadigde, aan de late romantiek refererende harmonieën. Een soort concert voor twee hobo's levert een lang, maar niet minder intrigerend intermezzo. Maar het welslagen van het stuk is evenzeer te danken aan de podiumpersoonlijkheid van Wende, die in het eerste deel voornamelijk een vertellende rol heeft, maar aan het slot aan het zingen slaat en gloedvol gestalte geeft aan de beladen, verwarde teksten van de eenzame vrouw die de hoofdpersoon is. Maar haar meest ontwapenende geste was het handkusje dat ze na afloop aan de concertmeester gaf.
© Frits van der Waa 2012