Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 29 maart 2014

Fidelio nog universeler

Fidelio van Beethoven door het Radio Filharmonisch Orkest en Groot Omroepkoor o.l.v. Gerrit Prießnitz. Concertgebouw Amsterdam, 29/3.

De ouverture van Beethovens Fidelio is net een filmtrailer: niet alleen duiken er allerlei thema's op uit de daaropvolgende opera, maar het is vooral de flitsende, vaak schokkende montage van brokjes muziek die verrassend modern aandoet. Dirigent Gerrit Prießnitz zette dat tijdens de concertante uitvoering in de Zaterdagmatinee extra kracht bij door het Radio Filharmonisch Orkest beurtelings milde en felle timbres te ontlokken.

Na dat bijna avant-gardistische begin belanden we in een gemoedelijker, haast clichématige situatie, met twee bijfiguren waarvan de een de ander op licht komische wijze vergeefs de liefde verklaart. Ook de muziek, waarin duidelijk de geest van Mozart rondwaart, klinkt uitgesproken 18de-eeuws.

Zodra ze zijn uitgezongen, klinkt opeens de stem van acteur Stephan Rehm, die als de cipier Rocco het verhaal becommentarieert vanuit het perspectief van vier jaar later. Eigenlijk zijn alle personages, behalve de kwade genius Don Pizarro, gevangenen van het systeem. Het is een heel slimme zet van de Zaterdagmatinee om de oorspronkelijke gesproken, intussen belegen tussendialogen te vervangen door deze genuanceerde commentaarteksten die Walter Jens in 1985 schreef. Zo krijgt deze 'bevrijdingsopera', waarin de dappere Leonore zich verkleedt als man om haar gevangen geliefde Florestan van de dood te redden, een nog universeler karakter. Want als je de muziek even buiten beschouwing laat, is de stof van deze opera, een aanklacht tegen het lot van politieke gevangenen, schokkend actueel en zal ze dat helaas ook wel altijd blijven.

Naarmate het stuk vordert, wordt Beethovens muziek beter, wat culmineert in het slotkoor waarin de bevrijde gevangenen bij monde van het immer vitale Groot Omroepkoor een voorschot nemen op de ode An die Freude uit de Negende Symfonie. De tweede helft wordt in belangrijke mate gedragen door Burkhard Fritz als Florestan, een superzanger met een heldere, maar niet weke tenor. In de zijlijnen zijn er haast even fraaie prestaties te beluisteren van Dimitry Ivashchenko (Rocco), Sofia Fomina (Marzeline) en Jussi Myllys (Jaquino). Alleen de bas Oliver Zwarg heeft net niet voldoende kracht om vocaal gestalte te geven aan de absolute dreiging die uitgaat van Pizarro. De heldin van het optreden is uiteraard de Britse sopraan Emma Bell, die met haar karakteristieke, gevoileerde timbre, grote maar uiterst doseerbare draagkracht en volstrekt inlevingsvermogen een Leonore neerzette die terecht bijval oogstte.


© Frits van der Waa 2014