de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 9 oktober 2015
Glimpjes glans en rust in Figaro
Le nozze di Figaro, van Mozart, het Orkest van de Achttiende Eeuw en Cappella Amsterdam o.l.v. Montgomery en Lopes Cardozo. Gezien: 5/10, De Doelen, Rotterdam.
Hoe je met niet veel meer dan vijf grote bloempotten en een deur een hele opera opvoert, is dezer dagen te zien op een aantal landelijke concertpodia. Semi-concertant heet het, maar aan oorvijgen en omhelzingen schort het niet bij Le nozze di Figaro, verzorgd door het Orkest van de Achttiende Eeuw en een vrijwel geheel Nederlands-Vlaamse groep solisten.
Het is al de derde Mozart-opera die het gezelschap op deze manier brengt, geregisseerd door Jeroen Lopes Cardozo. Bij de première, maandag in Rotterdam, moest bariton André Morsch (Figaro) helaas wegens ziekte verstek laten gaan. Martijn Sanders leverde een knappe prestatie door hem met een minimum aan voorbereidingstijd te vervangen. Samen met Ilse Eerens (een stralende Susanna) en Henk Neven (een energieke Almaviva) was hij de drijvende kracht achter de vele verwikkelingen in Mozarts opera buffa. De Zuid-Afrikaanse sopraan Kelebogile Besong, die de Gravin zong, draagt luister bij met haar fraaie stem, waar niettemin een spoortje onrust in schuilt. Roberta Alexander laat als Marcellina horen dat ze na ruim veertig jaar nog bepaald niet is uitgezongen.
In het laatste bedrijf, dat zich in een donkere tuin afspeelt, ontsteekt het orkest groene lampjes, een slim tegenlichteffect. Montgomery loodst zijn equipe en de zangers van Cappella Amsterdam met vaste maar bescheiden gebaren door de partituur en komt tot een solide vertolking waarin nog glimpjes doorschemeren van de glans en de sublieme rust die de vorig jaar overleden oprichter van het orkest, Frans Brüggen, in dit repertoire wist te leggen.
© Frits van der Waa 2015