de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 31 oktober 2016
Fenomenaal spel maakt Nomaden tot belevenis
Cellobiënnale.
Glass, Zuidam en Dutilleux door het Rotterdams Philharmonisch Orkest.
Nomaden, van Joël Bons, door het Atlas Ensemble.
27 en 28/10, Muziekgebouw, Amsterdam.
Zonder Bach, Haydn en Beethoven gaat het niet, maar bij de Cellobiënnale hoort ook absoluut nieuwe muziek. Het bijzonder succesvolle evenement bracht vrijdag een nieuw celloconcert van Rob Zuidam, uitgevoerd door het Rotterdams Philharmonisch Orkest en de Russische cellist Ivan Monighetti.
Zuidam hanteert in de drie delen een idioom waarin de cello vooral lyrische lijnen uitstrijkt boven een harmonisch verzadigd orkestpalet. Het middendeel, Ritter, Tod und Teufel, is het meest extravert, met bijtende ritmes, jazzachtige tournures en special effects als getrommel op de kast. De muziek vloeit Zuidam als vanzelf uit de vingers, maar het verloop van het werk doet associatief aan.
Dat laatste geldt ook voor Nomaden, waarin Joël Bons een uur lang de mogelijkheden verkent van het achttienkoppige Atlas Ensemble, dat zich bedient van instrumenten uit alle windstreken. Solist Jean-Guihen Queyras is met zijn cello de centrale aangever.
Bons brengt meer rust en afwisseling aan dan Zuidam, bijvoorbeeld door één enkele toon van instrument naar instrument te laten verhuizen. Ook zijn zijn noten conciezer, helderder en doordachter, zelfs waar de musici ruimte krijgen voor improvisatie. Dat is bevorderlijk voor de verbazingwekkende combinaties die hier passeren, zoals een strijkkwartet met een Chinese erhu of twee oosterse mondorgels. De trefzekerheid van Bons' visioen en het fenomenale spel van de musici maken Nomaden tot een belevenis van de eerste orde.
© Frits van der Waa 2016