de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 29 juni 2018
Afwisselend muzikaal banket
Gothic Voices: The Dufay Spectacle. Linn.
Gothic Voices hoort met zijn bijna veertig jarige bestaan tot de eerbiedwaardigste oudemuziekensembles, maar heeft zich steeds verjongd. Hun jongste cd, The Dufay Spectacle, is daarvan het klinkende bewijs: een eerbetoon aan Guillaume Dufay, de grootste componist van de 15de eeuw, in de vorm van een ruimhartige keuze uit zijn oeuvre, gearrangeerd tot een afwisselend muzikaal banket. Het gaat van groot naar klein en weer terug, maar juist in dat middendeel, met verfijnde twee- en driestemmige polyfonie, zitten de parels.
Ter afwisseling zijn er ook instrumentale onderdelen: bewerkingen uit die tijd, maar ook korte improvisaties. Een 'bray-harp' plaatst wonderlijk zoemende timbre-accenten. In de feestelijke openings- en sluitstukken zorgen een regaal, een schalmei en een trombone voor robuuste bassen en een orkestrale opulentie. Maar bovenal zijn het de melodische rijkdom en het ritmisch vernuft die maken dat deze bijna zes eeuwen oude muziek blijft boeien en verbazen.
Alma Quartet: Glass en Dutilleux. Gutman Records.
Voor de tweede release van het Alma Quartet moet de platenspeler weer tevoorschijn gehaald worden, want de schijf is alleen op vinyl uitgebracht, al kun je natuurlijk ook op Spotify terecht. Het kwartet merendeels afkomstig uit het Concertgebouworkest laat zich na zijn eersteling, gewijd aan het werk van Erwin Schulhoff, opnieuw van een eigenzinnige kant zien: de combinatie van Philip Glass en Henri Dutilleux is op het ongerijmde af curieus.
Company biedt de gebruikelijke opeenvolgingen van stereotiepe motiefjes waarmee Glass zijn muzikale behang al veertig jaar lang beschildert, maar het kwartet weet daar toch een zekere sensitiviteit aan te verlenen.
Diezelfde collectieve antenne voor verfijnde klankkleuren maakt Dutilleux' Ainsi la nuit ook al meer dan veertig jaar oud tot een belevenis. Hoewel de muziek veel speciale effecten bevat, zoals pizzicati en flageolettonen, blijft de gestreken klank altijd de basis. De compositie ontwikkelt zich bijna associatief, maar is uiteindelijk toch hecht en symmetrisch van structuur. In het fascinerende middendeel ontvouwen kleine stapjes zich tot ware regenboogmuziek. Benieuwd wat dit voortreffelijke viermanschap hierna in petto heeft.
Rundfunk-Sinfonieorchester Berlin o.l.v. Hrůša: Bartók en Kodály. Pentatone.
Vreemd dat Bartóks Concert voor orkest uit 1943 niet vaker wordt gecombineerd met het gelijknamige werk dat zijn landgenoot Zoltán Kodály drie jaar eerder componeerde. Weliswaar is Kodály's compositie aanmerkelijk korter en minder baanbrekend, maar het is toch een fijn stuk muziek, waarin goed te horen is dat beide componisten uit dezelfde bron gedronken hebben. De afzonderlijke instrumenten en secties krijgen minder kans zich te etaleren, maar het werk heeft veel stuwkracht en paart extravertie aan bezonkenheid.
Dirigent Jakub Hrůša en het Berlijnse radio-orkest pakken Bartók helaas nogal behoedzaam aan, en de grauwsluierige opname maakt het er niet beter op.
© Frits van der Waa 2018