de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 2 juli 2018
Thijl weerstaat de Dood
Thijl, opera van Jan van Gilse door het Utrechts Studenten Concert o.l.v. Wim Trompert en Bas Pollard. 30 juni, Nationaal Militair Museum, Soesterberg. Te zien tot 17/7.
Een enorm zandkasteel in de vorm van een middeleeuwse stad vormt het schitterende decor voor de opera Thijl. Op het zand ervoor knokken geuzen en Spanjaarden met elkaar, speelt zich een markttafereel af, worden schimpliederen gezongen en waart al gauw de Dood rond.
Het is een indrukwekkende prestatie die het Utrechts Studenten Concert levert door deze welhaast vergeten opera op een professionele, en zeg maar gerust spectaculaire wijze tot leven te wekken. Thijl is een vrijheidsopera, aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog gecomponeerd door Jan van Gilse. De componist overleefde de oorlog niet. Pas in 1980 ging zijn opera in première en verdween toen weer in de la.
In veel opzichten blijkt Thijl wat gedateerd. Zo is de muziek niet het sterkste element van de opera. Van Gilses partituur biedt een amalgaam van geuzenliederen en Wagneriaanse walm. Doorspekt en vaak overbelast met modernere accenten, zoals op en neer schuivende stapelakkoorden en een enkele passage waarin twee toonaarden door elkaar lopen. Het verhaal over de opstand in Vlaanderen, het begin van de Tachtigjarige Oorlog, ronkt aanvankelijk van chauvinisme.
Maar in het derde bedrijf, wanneer de geuzen het onderling aan de stok krijgen, wijkt het bloed-en-bodemgevoel voor een nog altijd actuele en universele boodschap. 'Wat werd beter in dit land, wanneer de slaaf wel meester werd, doch omgekeerd de meester slaaf?' protesteert bariton Anthony Heidweiller, die de titelrol even glorieus als innemend vertolkt. In dit bedrijf geeft Van Gilse ook het beste van zichzelf, met muziek die, veelzijdig en wel, het drama tot grote hoogten stuwt. Het is een meesterlijke vondst om de vele doden die in dit verhaal vallen te laten meevoeren door de Dood zelf. Telkens maakt hij zijn opwachting, maar ten slotte wordt hij door Thijl, de personificatie van het onsterfelijke Vlaanderen, weerstaan.
Heidweiller wordt geflankeerd door een prima cast, waaronder Pierre Mak als sidekick Lamme Goedzak en Marcel Reijans als kwade genius. Sopraan Aylin Sezer is een beetje eendimensionaal als Thijls geliefde Nele. Het valt de zangers niet aan te rekenen dat ze soms overvleugeld worden door het forse orkest, dat samen met dirigent Bas Pollard de vele noten van Van Gilse in juiste banen leidt.
© Frits van der Waa 2018