de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 8 oktober 2018
Liefde, jaloezie en vertwijfeling in het kantoor van Jenůfa
Jenůfa, opera van Janáček, door de Nationale Opera o.l.v. Katie Mitchell en Tomáš Netopil.
6/10, Nationale Opera & Ballet, Amsterdam. Herhaling: 9, 11, 14,17, 20, 22, 25/10.
Alle opera's gaan in zekere zin over het menselijk tekort, maar zelden is de opstapeling van foute, maar begrijpelijke daden en beslissingen zo groot als in Jenůfa van Leoš Janáček. Die noodlottige keten wordt in gang gezet door de ongewenste zwangerschap van Jenůfa, die al een feit is voor de opera begint. Regisseur Katie Mitchell laat dit fijntjes zien door Jenůfa al in de eerste minuut haar maag te laten omdraaien in het toilet, waar het publiek rechtstreeks inkijk in heeft, net als in alle andere vertrekken waarin de opera zich afspeelt. Die zijn klein en benepen vergeleken met de toneelopening van Nationale Opera & Ballet, en hangen, als een brede kijkdoos, een meter boven de toneelvloer maar bieden wel uitzicht op de daarachter gelegen buitenwereld.
Bij Mitchells keus om het verhaal, dat zich oorspronkelijk afspeelt in een benepen Moravisch dorpje aan het eind van de 19de eeuw, te verplaatsen naar het heden, kun je enige vraagtekens zetten. Met name het met computers en kopieerapparaten uitgeruste kantoor van het eerste bedrijf plus de diverse handtastelijkheden op de werkvloer doen aan als een geforceerde verwijzing naar de #MeToo-problematiek. En de schande van het ongehuwd moederschap, een belangrijke motor achter het verhaal, heeft anno nu nauwelijks kracht meer. Actueel blijft de menselijke driehoek van Jenůfa en de twee halfbroers Števa en Laca: Števa's weigering het kind te erkennen en Laca's onbeantwoorde liefde en jaloezie, die hem zelfs ertoe brengen Jenůfa's gezicht te verminken.
In het tweede en derde bedrijf wringt de moderne entourage minder. Vooral het in een stacaravan gesitueerde tweede bedrijf, waarin Jenůfa's stiefmoeder het kind om het leven brengt, in haar vertwijfeling om het verwoeste leven van haar stiefdochter, blijft hartverscheurend.
Dat is uiteraard allereerst te danken aan de zinderende, gepassioneerde muziek waarin Janáček het drama heeft gehuld. Op het eerste gehoor is het klankpalet welluidend en romantisch, maar als je beter luistert is het ook verrassend modern. Janáček baseerde zijn melodieën op de spraakmelodie van het Tsjechisch, wat voor ons frustrerend is, omdat we die koppeling niet kunnen waarnemen. Maar de manier waarop hij die motieven in het orkest laat vertakken tot weefsels vol innerlijk leven, die abrupt kunnen oplaaien en omslaan naar subtiel of radicaal andere sferen, is universeel verstaanbaar.
De Tsjechische dirigent Tomáš Netopil begrijpt die verwevenheid van taal en muziek natuurlijk wel, en dat klinkt op een of andere manier toch door in de trefzekere manier waarop hij het Nederlands Philharmonisch Orkest door de partituur loodst. In de meest hectische momenten en versnellingen scheert de samenhang langs het randje, maar de verstrengelde lijnen die in hun gewemel doen denken aan waterrimpels of gebladerte komen geweldig tot hun recht.
Onder de zangers is protagoniste Annette Dasch ontegenzeggelijk de verfijndste, met haar warme, soepele en genuanceerde stemgeluid dat enorm contrasteert met de keel die stiefmoeder Evelyn Herlitzius veelal opzet. Hoewel niet erg oorstrelend is haar vertolking toch indrukwekkend door de grote intensiteit. Van de tenoren die de beide minnaars vertolken is tenor Pavel Černoch de krachtigste, ook als acteur, naast wie de Amerikaan Norman Reinhardt ietwat bleek afsteekt. Ook de vele andere solisten en het operakoor leveren loffelijke prestaties.
Ook de ontknoping, een geweldig contrast met het bijna satirische burgermanstafereel waarmee het derde bedrijf opent, is pijnlijk en genadeloos. Jenůfa en Laca lijken uiteindelijk samen het geluk te vinden, maar zullen de opgelopen schrammen en krassen hun leven lang meedragen.
LEERSTOEL EN BOEK VOOR PIERRE AUDI
Pierre Audi, die dertig jaar lang artistiek directeur van de Nationale Opera is geweest, is op 30 september gehuldigd met een verrassingsprogramma. Daarbij werd ook de instelling van een speciale Pierre Audi-leerstoel voor muziektheater en opera bekendgemaakt, die met ingang van volgend jaar zijn beslag krijgt onder auspiciën van de Universiteit van Amsterdam en de Nationale Opera.
Ook heeft de Amsterdam University Press een tweetalige bundeling uitgebracht van een reeks lezingen die Audi de afgelopen jaren gehouden heeft, onder de titel (Hoe) opera werkt / (How) opera works.
© Frits van der Waa 2018