de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 15 februari 2019
Strobos heeft meer gevoel voor theater dan Brahms
Die schöne Magelone, van Brahms, door Karin Strobos, Thomas Beijer en Sieger Sloot. 12 februari, Concertgebouw, Amsterdam.
Het is misschien maar goed dat Brahms geen opera heeft geschreven, want zijn enige werk dat enigszins in die buurt komt, de liedcyclus Die schöne Magelone, getuigt niet van inzicht in dramatiek of verhaaltechniek. Het wordt dan ook zelden uitgevoerd.
Niettemin heeft sopraan Karin Strobos er in samenwerking met acteur Sieger Sloot (en natuurlijk een pianist, Thomas Beijer) een heel aardige voorstelling van gemaakt, waarmee ze dinsdag het Concertgebouw aandeed. Het probleem met Magelone is dat het hele werk is gebaseerd op vijftien gedichten uit een vertelling van de schrijver Ludwig Tieck, en dat Brahms het omlijstende verhaal gewoon heeft weggelaten, waardoor de luisteraar geen houvast meer heeft.
Verteller Sloot voorziet in die lacune, en dan blijken de lotgevallen van de oliedomme ridder Peter en zijn geliefde ook wel bar onnozel te zijn. Sloot compenseert dat met ironische terzijdes, en die dubbelheid maakt het leuk. Zo kunnen Sloot en Strobos waar nodig de rol van het minnend paar op zich nemen en elkaar tedere blikken toewerpen.
De muziek is eerder ambachtelijk dan geniaal, en pas bij het tiende lied, over storm op zee, wordt het een beetje spannend. Maar de innemende Strobos heeft gelukkig meer gevoel voor theater dan Brahms. Ze geeft, geschraagd door het uitgebalanceerde spel van Beijer, de vele mijmeringen een ingetogen charme, kan desgewenst een manhaftige strot opzetten, en kruipt in het allerkortste lied ook nog in de huid van een kokette moslimprinses.
© Frits van der Waa 2019