Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 21 oktober 2019

Meesterschap van Murail

Portulan-cyclus,van Tristan Murail door Het Collectief. 20/10, TivoliVredenburg, Utrecht.

'Een innerlijke reis', noemt componist Tristan Murail zijn Portulan-cyclus, een reeks kamermuziekwerken waaraan hij sinds 1998 werkt. Een portolaan is een soort zeekaart die in de late Middeleeuwen werd gebruikt als hulpmiddel bij de navigatie langs kusten, toen nog het belangrijkste oriëntatiepunt voor zeevaarders.

Delen van deze cyclus waren eerder te horen bij het Nieuw Ensemble, dat zelfs opdracht gaf voor twee stukken uit de collectie. Maar het Nieuw Ensemble, getroffen door de cultuurverwurging van het kabinet Rutte I, een schande die nog altijd niet is uitgewist, hangt binnenkort de lier aan de wilgen. Voor de uitvoering van de tot dusverre acht delen van Portulan, zondag in TivoliVredenburg, tekende het Belgische gezelschap Het Collectief.

Murail, met zijn 72 jaar inmiddels op weg naar een nestorenpositie in het Franse muziekleven, is een van de voormannen van de 'spectralisten'. Deze groep componisten, actief sinds de jaren zeventig, verdiept zich in klankkleuren, en dan met name hoe je die combineert tot nieuwe timbres. Daarbij maken ze gebruik van kennis en analyse van akoestische verschijnselen als boventonen en harmonische spectra (vandaar de naam).

Nu is het aantal instrumenten in de Portulan-cyclus bepaald niet groot – maximaal acht, gemiddeld vier, en er zitten twee duetten bij. Niet al te veel combinatiemogelijkheden, zou je zeggen. Maar Murail breidt het gangbare register aan tonen uit met micro-intervallen alsook met tal van ruis-, tokkel- en kleppergeluiden. Zijn muziek heeft dan ook een aura van moderniteit dat we hier (opnieuw met dank aan de overheid) enigszins ontwend zijn.

Hoewel de vele bijzondere klankmengsels verbazing wekken, mede door hun genietbaarheid, zijn het nou juist die twee duetten die opvallen door hun raffinement. In Un lettre de Vincent werpen een fluit en een cello elkaar razendsnel ijle tonen toe, als kushandjes, waaruit dan melodietjes met een bovenaardse glans ontstaan – een bijzonder subtiele toepassing van de middeleeuwse hoketustechniek. En Les ruines circulaires is een al even verfijnde, maar wildere achtervolging voor een viool en een klarinet, die elkaar omstrengelen en echoën, waarbij uit de tweeklanken toch hele akkoorden lijken te ontstaan. Dat is meesterschap.

In de overige delen fungeert vaak één instrument als aanjager, die de overige instrumenten dwarrelende klankwolken of harmonische velden ontlokt. Als geheel maakt de cyclus een wat losbladige indruk, wat niet zo vreemd is: de volgorde van de delen staat niet vast, en het is nog altijd een werk in uitvoering. In zijn huidige vorm duurt het vijf kwartier. Murail streeft naar een verzameling van tien of twaalf delen.

De messcherp spelende musici van Het Collectief kozen niettemin voor een fraaie opbouw, met het verkennende, uit geruis opdoemende La chambre des cartes aan het begin, en het klankrijke, felle Seven Lakes Drive als spannende afsluiting.


© Frits van der Waa 2019