Let op: de website is verhuisd naar fritsvanderwaa.nl

de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 31 juli 2020

Bevlogen Escher van Viersen en Beijer

Escher en Chopin, door Quirine Viersen en Thomas Beijer. 29 juli, Muziekhaven, Zaandam.

Een positief effect van de huidige restricties op concertbezoek is dat het meer dan ooit als een voorrecht voelt om aanwezig te mogen zijn bij een optreden. Nog sterker geldt dat in een bescheiden concertruimte als de Zaandamse Muziekhaven, waar je als luisteraar oog in oog zit met de musici – in ons geval cellist Quirine Viersen en pianist Thomas Beijer.

Het zijn zonder uitzondering topmusici die deze zomer optreden in Muziekhaven, de voormalige oud-katholieke schuilkerk aan het Papenpad die vorig jaar door het violistenkoppel Maria Milstein en Mathieu van Bellen werd omgevormd tot een vrijplaats voor muzikanten. Hoewel ze in eerste instantie bedoeld was als retraite om te repeteren en opnames te maken, leent de ruimte zich ook uitstekend voor de kleinschalige concerten waartoe deze tijd noopt. Tot eind augustus brengt Muziekhaven een reeks Zomerconcerten, met optredens van onder anderen violist Liza Ferschtman, rietkwintet Calefax, pianist Hannes Minnaar en de gezusters Maria en Nathalia Milstein. De serie is met een streaming abonnement ook online te volgen.

Voor hun Muziekhaven-optreden hadden Viersen en Beijer een bijzondere combinatie gekozen: Chopins Cellosonate werd voorafgegaan door de Sonata concertante die Rudolf Escher tijdens de oorlogsjaren schreef. Het is een werk dat ten onrechte zelden te horen is, zo bleek eens te meer bij deze bevlogen uitvoering.

Viersen, die met haar inmiddels dertigjarige carrière wel een grande dame van de cello genoemd mag worden, haalt een even schitterende als intense toon uit haar Guarneri-cello, waarmee ze het geagiteerde eerste deel nog extra kracht verleende. In het tweede deel, dat – in deze context toepasselijke – reminiscenties oproept aan Chopins bekende treurmars, reikt het palet van karig tot majestueus, wat in het niet minder veeleisende derde deel plaats maakt voor exuberante vervoering en fantastische verknopingen tussen de piano- en de cellopartij.

Ook in Chopins sonate leverden de musici samenspel dat imponeerde door hechtheid en flexibiliteit. Beijer, die als alles goed gaat in maart zijn debuut maakt in de illustere Meesterpianistenserie, toonde in het derde deel dat hij bijna even intens zangerige lijnen uit het klavier weet te halen als Viersen uit haar cello. De vele handenvol noten waarmee Chopin de pianist bedeeld heeft rakelde hij schijnbaar moeiteloos op uit de toetsen. Hoewel de componist vooral in het eerste deel zijn fantasie wat ongebreideld de loop laat kwam het tweetal tot een meeslepende uitvoering die uitmondde in een scherp gedoseerde en zonder meer grootse finale.


© Frits van der Waa 2020