de Volkskrant van 30-06-2001, Pagina S7, Kunst,
Esthetisch wonder in de Bussumse Tindalvilla
BUSSUM
Dat bassist Hans Roelofsen de monumentale Bussumse Tindalvilla in handen heeft gekregen, is indirect te danken aan de directrice van de meisjesschool, die er in de jaren dertig werd gevestigd. Ook nadat de meisjes in 1963 waren vertrokken, bleef de directrice er wonen, tot haar dood in 1984.
Haar vriendin hoorde van de plannen van Roelofsen en die pasten het beste bij 'de geest van de overleden eigenaresse'. Dus kon de bassist er gaan wonen en zijn huisconcerten organiseren - al bood hij een ton minder dan de vraagprijs.
Samen met de componist Klaas de Vries, die met zijn gezin de bovenverdieping bewoont, en zijn vriend Jan Koopman kocht hij het huis. Het eerste wat Roelofsen en Koopman deden, was de kap vernieuwen. Eigenhandig legden ze tienduizend nieuwe dakpannen.
Zo is, in de loop der jaren, het pand steeds meer teruggebracht in de staat waarin het verkeerde toen Louis Adrianus Tindal het in 1901 liet bouwen, compleet met alle boogjes en ornamentjes van de art-nouveau-stijl.
De huisconcerten, die Roelofsen met zijn vrouw - de sopraan Reina Boelens - in de ruime suite organiseerde, groeiden al gauw uit tot een complete serie van acht concerten per seizoen met bevriende musici van naam en faam. 'Ik heb altijd schaamteloos iedereen uitgenodigd die ik prachtig vond spelen,' zegt Roelofsen: Ronald Brautigam en Isabelle van Keulen, Pieter Wispelwey, Emma Kirkby en Jordi Savall.
Want Roelofsen (50), kampioen van de contrabas, is een gedrevene. Hij is part-time sectie-aanvoerder in het Nederlands Philharmonisch Orkest, en doceert aan de conservatoria in Rotterdam en Arnhem. Wat hij doet, doet hij voor meer dan honderd procent.
Dat weet hij zelf ook: 'Ik heb andere musici wel eens horen zeggen: die Roelofsen met zijn bas, dat is geen normale relatie meer, dat is erotiek. Dat heeft me wel eens verbaasd. Het instrument dat je speelt, dat ben jĖj, daar moet je alles mee kunnen zeggen.
'Kwaliteit is het enige criterium', zegt hij. Dat geldt natuurlijk ook voor de concerten die hij nu al weer vijftien jaar organiseert en waar het letterlijk om kamermuziek gaat. 'Schubert en Mendelssohn schreven hun muziek voor een dergelijke ruimte. Ik vind het een esthetisch wonder: de muziek en de architectuur gaan met elkaar samen.'
Voor sommige concerten, die wat meer ruimte vragen, wordt uitgeweken naar de nabijgelegen NBP-kerk. Daarnaast is er jaarlijks een openluchtconcert op het fraai glooiende gazon in de tuin. Daar worden morgen ook het honderdjarige bestaan van de villa en het derde lustrum van de Tindalstichting gevierd.
'Het thema is Cross-over', licht Roelofsen toe. 'Ik heb me altijd verbaasd dat er zo'n scherpe scheidslijn bestaat tussen lichte en klassieke muziek. We beginnen bijvoorbeeld met een Blues van Ravel, een Picasso-achtige blues.'
Voor twee groter bezette stukken van Gershwin en Antheil heeft Roelofsen de 25-koppige Tindal Centennial Band opgericht. Behalve stukken van Stravinsky en Piazzolla klinken er chansons van Joseph Kosma, de componist van Feuilles mortes, ofwel Autumn Leaves, een standard die elke jazzmusicus kent.
'Pianist Marcel Worms kan als een van de weinigen ook improviseren', aldus Roelofsen. 'Dus halverwege schakelen we over van Frans naar Engels, en van naar jazz-idioom. Op die manier maken we de cross-over direct hoorbaar.'
Jubileumconcert: Cross Overs door de Tindal Centennial Band o.l.v. Hans Roelofsen. 1 juli, 15.00 uur, Nieuwe 's Gravelandseweg 21, Bussum. Tel.: 035-6922948. Internet: www.tindal.nl. Herhaling: 12 augustus, 20.15 uur, Concertgebouw, Amsterdam.
© Frits van der Waa 2006