de Volkskrant, Kunst & Cultuur, 8 september 2006 (pagina 15)
Beheerste wanorde in Gaudeamus-week
Internationale Gaudeamus Muziekweek. Concerten door Asko Ensemble, Slagwerkgroep Den Haag e.a.
4, 5 en 6 september, Muziekgebouw, Amsterdam.
Een soort van internationale huishoudbeurs voor jonge componisten, zo kun je de Gaudeamus
Muziekweek wel beschouwen. Niet dat de aankomende toondichters nu in volgepropte metro's aangevoerd
worden, maar in het Amsterdamse Muziekgebouw is genoeg volk op de been. En als het meezit, krijg
je er verrassende nieuwe uitvindingen op muziekgebied te horen.
De mooiste uitvindingen zijn overigens te zien in de bovenhal van het gebouw, en zijn volstrekt
geluidloos. De Belgische kunstenaar Bram Vreven toont daar drie installaties die bestaan uit
bewegende buizen of schalen van kunststof. Het fascinerende zit hem in de patronen die ontstaan
in het water waarmee ze gevuld zijn: een visueel equivalent van de mix van orde en onberekenbaarheid
die ook in muziek zo'n grote rol speelt.
In Melodica Madness van de Zweedse, in Nederland studerende Fabian Svensson (26) heerst een
vergelijkbaar evenwicht. Verschuivende ritmische patronen en drieklankbrekingen leiden tot een
minimalistisch weefsel. De lol zit hem hierin dat de acht uitvoerenden allemaal een melodica
bespelen, zo'n van toetsen voorzien blaasinstrument dat klinkt als een mondharmonica. Perfect
synchroon blazen lukt natuurlijk niet, en daarin schuilt dan de beheerste wanorde, die ook de
rimpeling in het water onvoorspelbaar maakt.
Melodica Madness is een van de twintig stukken die in aanmerking komen voor de Gaudeamusprijs
voor jonge componisten. De keus aan stukken is opnieuw heel divers: zo klonk maandag een
strijktrio, Strawberries and Grapes van de Cyprische componist Marios Joannou Elia, waarin
een scheidsrechtersfluitje, voetgestamp en nog meer tegendraadse elementen bijdragen aan een
georganiseerde gekte.
Traditioneler is Les Mots van de Italiaan Marco Momi, dinsdag bij het Asko Ensemble. Sopraan
Monique Krüs bedient zich van een megafoon, maar dat staat de economie van Momi's transparante
idioom geenszins in de weg.
Letterlijk geruchtmakend is Distortion Orchestra van de Japanner Hikari Kiyama door het ensemble
LOOS. Piano, sax, fluit en twee drummers konden nauwelijks op tegen het kabaal van versterkte
viool en cello. Kiyama komt er goed mee weg.
Saillant waren ook de werken van eerdere Gaudeamuswinnaars. Design van de Fin Sampo Haapamäki
duurt een half uur, en beweegt zich vanuit allerlei spectrale verkenningen naar een steeds
grotere welluidendheid.
De Rus Dmitri Kourliandski gaat in zijn Resonant Mass juist zuinig en inventief om met de
klank van houten plankjes en donkere trommen. Over het nut van de grote tamtam die als
resonator extra rimpels aan de klank moest toevoegen valt te twisten. Theatraal gezien
was de vondst heel effectief.
© Frits van der Waa 2006